Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juni 2025
Capitán Tiago wilde Ibarra niet laten gaan: Maria Clara zou komen, Isabel was haar gaan halen en de nieuwe pastoor van zijn dorp zou komen, o, een heilig man. Ibarra beloofde den volgenden morgen, even vóór zijn vertrek, aan te zullen komen. Hij moest vandaag een heel dringend bezoek brengen.
"Die goeie tante Isabel!" riep de ex-seminarist, "die wil de visschen geen oogenblik tijd laten om hun waterland te betreuren." Andeng, Maria Clara's zoogzuster, had, ondanks haar smetteloos vroolijk gezichtje den naam van goed te kunnen koken. Ze maakte rijst-water, tomaten en kamia's klaar. Enkele anderen hielpen haar of hinderden haar: wellicht wilden ze bij haar in de gunst komen.
Na iedere paragraaf zweeg ze een heele poos, om het jonge meisje tijd te geven, zich haar zonden te herinneren en er berouw over te hebben. Maria Clara keek starend voor zich uit. Toen het eerste gebod, "God lief te hebben boven alle dingen," gelezen was, sloeg Tante Isabel haar boven haar bril even gade, en was tevreden over haar peinzend en droevig aanzien.
"Niet zoo'n beweging maken, anders vergaan we, hoor." "Eerst 't teeken des kruises!" zei tante Isabel en sloeg een kruis. "En blijven we hier zoo afgescheiden?" vroeg Sinang en trok een lip. "Wij alleen maar?... och jee!" Dit "och jee!" bezorgde haar een kneep, die haar moeder op 't geschikte oogenblik wist toe te dienen.
"Ik begrijp het wel: er zijn dieven, struikroovers in dit leelijk bosch, en mijnheer Reimond is misschien het hoofd der bende!" "Kom, Isabel, gij zijt zinneloos," spotte het meisje. "Mijn oom een struikroover! Waar zijn uwe gedachten?" "Ja, mejuffer, gij kent uwen oom ook niet," zeide de meid.
Het meisje groeide op onder de verzorging van tante Isabel, de pater vereerende oude, die wij in 't begin van ons verhaal hebben ontmoet. Ze woonde het grootste deel van 't jaar te San Diego om het gezonde klimaat, en daar vertroetelde Fray Dámaso zijn petekind.
Meer andere, meestal knappe portretten stonden naast het hare en Papa vertelde mij van wie die waren: Isabel, zijn oudste dochter en Violet's moeder, die in California woonde; Basil, zijn zoon, die in Philadelphia getrouwd was en verder nog enkele familieleden en goede vrienden.
Maria Clara zweeg, zag hem een oogenblik met haar groote droomoogen aan en een paar bloemen plukkende zeide ze aangedaan: "Ga, ik hou je niet tegen. We zien elkaar over eenige dagen terug! Leg die bloemen op 't graf van je vader!" Eenige oogenblikken later ging de jongeling de trap af, vergezeld door Capitán Tiago en tante Isabel, terwijl Maria Clara zich in het bidkapelletje opsloot.
En daarna, toen het verliefde paartje, vluchtend voor den stoffer van tante Isabel die zich weer roerde, naar het platte dak ging om vrij te praten, wat vertelden ze elkaar toen daar tusschen de kleine klimop-leidingen, zoodat gij ervan huiverdet, roode bloempjes van 't "engelen haar"? Vertelt het, gij die geuren in uw adem, kleuren op uw lipjes hebt; gij zefir die vreemde melodieën leerdet in 't geheim van den duisteren nacht, in 't mysterie onzer maagdelijke wouden; vertelt het, zonnestralen, schitterende openbaring des Eeuwigen op aarde, eenig onstoffelijk wezen in de wereld van materie, vertelt het, gij, want ik vind niets dan prozaïsche malligheid!
"Dus, Don Santiago, zegt u maar aan uw nicht dat ze de zieke moet voorbereiden op de communie van morgen. Ik kom vanavond om haar absolutie te geven voor haar zondetjes..." En ziende dat tante Isabel uitging, zeide hij haar in 't Tagaalsch: "Bereidt u uw nichtje voor, dat ze vanavond moet biechten. Ik zal haar morgen het viaticum brengen, daar zal ze spoediger door herstellen."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek