Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juni 2025
"Pam pam pam pampel?" riep Bill, terwijl hij uitbarstte in een schaterend gelach. "Heavens! Wat een naam is dat? Wie kan zulk een naam over zijn lippen krijgen. Pam pam pam hoe was het ook al weer? Ik dien het woord nog eens te hooren, eer ik het nazeggen kan." "Mr. Pampel," herhaalde de opzichter; en nu begonnen allen luidkeels met Humply-Bill mee te lachen.
Onder die bedrijven was het middag geworden, en er werd eten en drinken onder de dappere verdedigers rondgedeeld. En weldra zag men dat de tramps zich verwijderden; zij lieten de zwaar gekwetsten onder de boomen liggen, en reden in de richting naar het westen. "Zouden zij aftrekken?" vroeg Humply-Bill. "Ze hebben een duchtige les gehad, en zij zullen maar wijs doen, als zij die ter harte nemen."
Deze was bij uitstek in zijn schik. Hij was in dit land gekomen om avonturen te zoeken, en hij had meer gevonden, dan hij zich ooit had kunnen voorstellen. Hij had nu zijn boek voor den dag gehaald om de items eens op te tellen, die hij aan Bill en aan den Uncle reeds schuldig was. "Willen wij eens wedden?" vroeg hij aan Humply-Bill. "Waarover?"
"Morgen, na den middag, zoodat wij des avonds aan de boerderij aankomen. Die is groot, en zal een prachtig vuur opleveren, waaraan wij menig stuk vleesch zullen kunnen braden." Humply-Bill had genoeg gehoord; hij kroop terug naar zijn vrienden, en spoorde hen aan, om nu de Osagen te bevrijden.
Het plan van de oude oolijke Tante werd nu tot de kleinste bijzonderheden besproken, en men kwam overeen, dat het door Droll, Humply-Bill en den Gunstick-Uncle ten uitvoer gebracht zou worden. Toen men zoo ver gekomen was, kwamen Blenter en Tom terug. Zij hadden een grooten omtrek afgezocht, maar tot hun leedwezen hun paarden niet gevonden.
De Navajos hebben zulk een overmacht tegen zich, dat zij verloren zijn, zoodra zij willen vluchten, want in dat geval rijden de Utahs hen eenvoudig onder den voet. Zij moeten blijven, waar zij zijn; zij moeten standhouden, tot het gevecht tot staan komt, en daarvoor zullen wij zorgen." "Bravo, Frank! gij hebt gelijk," riep Humply-Bill.
Het ventje is lichter dan een vlieg, die in drie weken niets gegeten en gedronken heeft. Heere-mijne! Hij schijnt een uitwas aan zijn ruggegraat te hebben, wat we bij ons te lande een bochel noemen! Het zal toch niet...." "Wat?" "Het zal toch niet mijn goede vriend Humply-Bill zijn?" "Dat zullen wij bij het vuur wel zien. Voor het oogenblik zijn wij zeker, dat niemand ons zal volgen.
Aan het hoofd van dien troep reed Old Firehand met Tante Droll. Achter hen reden Humply-Bill en de Gunstick-Uncle met den Engelschen lord; om kort te gaan het waren al de blanken, die het reeds verhaalde avontuur aan den Eagle-tail als handelende personen hadden bijgewoond, en die toen naar de bergen waren opgebroken, om zich naar het Zilvermeer te begeven.
Laat vijftig krijgslieden der Timbabatsjen onmiddellijk naar den canon afdalen; Humply-Bill en Gunstick-Uncle zullen hen vergezellen." "Ik ook mee!" verzocht Hobble-Frank. "Ik ook asjeblieft!" zei Droll. "Goed," antwoordde Winnetou. "Gijlieden rijdt ook mee. Gij gaat naar beneden, tot daar, waar de canon smal begint te worden, en legt u daar achter de rotsen in hinderlaag.
"Sir!" viel Humply-Bill hem in de rede; "hoe weet gij, dat die mannen tramps geweest zijn? Niemand kan het u gezegd hebben." "Een stuk papier heeft het mij verraden," was het antwoord. "Gij hebt die kerels wel doorzocht maar dit papier in den zak van een hunner laten zitten."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek