Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 mei 2025
Het bestond uit slechts weinige huizen, nauwelijks voldoende om een duitsch gehucht te vormen. Hans hield een half uur stil, deelde ons sober ontbijt, antwoordde met ja en neen op de vragen van mijn oom betreffende den toestand van den weg, en toen men hem vroeg, waar hij den nacht dacht door te brengen, antwoordde hij alleen: "Gardär." Ik raadpleegde de kaart om te zien wat Gardär was.
Het bloed vloeide uit de wonden van Katelijne, dewelke knielend smeekte: Hans, mijn liefste, Hans, mijn welbeminde, geef mij den vredekus; bezie mij, het bloed vloeit uit mijn voorhoofd; de ziel heeft een gat gemaakt en nu wil zij buiten; fluks ga ik sterven: laat mij toch niet alleen! Vervolgens zeide zij met stillere stem: Eertijds hebt gij uwen vriend gedood uit jaloerschheid, langs den dijk.
't Is toch ook niet prettig, altijd in zoo'n hok te zitten." "Mag Frits ook een kuikentje hebben, zoo'n lief kuikentje?" en hij trappelde al van ongeduld. "Is er ook een deurtje om in 't hok te komen?" onderzocht Hans. "Hier is een deurtje," zei Frits, die Leni dit dikwijls had zien openen. "Wat een kleintje," lachte Bob. "Ja, dit is eigenlijk 't kippenhuis.
"Ik gevoel mij inderdaad weder opgevroolijkt, en om het te bewijzen zal ik eer doen aan het ontbijt, dat gij mij wel zult willen voortzetten!" "Gij zult eten, mijn jongen! de koorts heeft u verlaten. Hans heeft uwe wonden ingesmeerd met ik weet niet welke zalf, waarvan de IJslanders het geheim bezitten en zij zijn uitmuntend geheeld. Een ferme vent, onze jager!"
"Neen neen! dood was hij niet," zei Geurt zeer snel. "Niet! niet!" riep de jager, den spreker in de rede vallende, terwijl een bruinachtig roode kleur zijn geelbleek gelaat kwam kleuren: "Niet!? Hijsch mij op! Hier, hier dan; zie, ik ben zoo slap niet. Hans, ik wil je nog zien! Help dan! Dáár, daar liggen de spullen: help! als je niet wilt dat je de eeuwige pijn treft!"
Eene ledige flesch die ik in zee werpt, blijft onder den wind. Tegen vier uur staat Hans op, klemt zich aan den mast en klautert naar den top. Vandaar doorloopt zijn oog den cirkelboog, dien de oceaan voor het vlot beschrijft, en blijft op één punt rusten. Zijn gelaat drukt geene verrassing uit, maar zijn oog blijft in dezelfde richting staren. "Hij heeft iets gezien," zegt mijn oom.
Die deftige, onverschillige en stilzwijgende man heette Hans Bjelke; hij kwam op de aanbeveling van den heer Fridriksson. Hij was onze aanstaande gids. Zijne manieren staken merkelijk af bij die van mijn oom. Toch werden zij het gemakkelijk eens. Geen van beiden zag op het geld; de een was gereed om aan te nemen wat men hem bood, de ander om te geven wat hem gevraagd werd.
'k Wil dadelijk ruilen, ja zelfs al moest ik aan 't lijntje. Zie zoo," vervolgt de spreker, terwijl hij smakkend den laatsten brok van 't roggebrood, waarvan Hans weder verreweg het grootste deel had bekomen, vermaalt: "nou kun je tot morgen den mond afvegen. Kon jij me maar helpen! Ik wed, je dee 't. Och, wat kijk je weer goejig; omdat ik zoo dikwijls je rauwe borst met olie heb ingesmeerd, hé?
Intusschen had de politie van de buren den sleutel gehaald en was een agent naar boven geklommen. Een algemeene kreet van blijdschap ging op uit de volksmenigte, toen ze den agent op het dak zagen. En een oorverdoovend hoera brak los, toen hij met Hans, en mijnheer Van Brakel, die den agent gevolgd was, met Bob weer uit het huis kwamen.
De professor verloor hem niet uit het oog; hij maakte driftige gebaren, hij scheen hem uit te dagen en te zeggen: "Ziedaar den reus, dien ik zal ten onder brengen!" Eindelijk, na een marsch van vier uur, bleven de paarden van zelven stilstaan voor de deur der pastorie van Stapi. De familie van Hans. Stapi. Verbasterde geestelijke. Vrees voor uitbarsting. Te mooi om mogelijk te zijn.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek