Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juni 2025
Zoo was het tenminste Jaap Boesveld gegaan, toen hij een paar dagen bij zijn zuster in de stad was geweest om zijn dochter te bezoeken, die in 't ziekenhuis lag, maar hoeveel mooie dingsigheidjes hij ook in de winkels achter de ramen had zien liggen, en hoeveel vreemds hij ook van de stadslui had gezien, hij had toch telkens tegen zijn zuster moeten zeggen: »mensch, ik weet niet, hoe je het hier uithoudt!« »Gewoonte, Jaap, alles gewoonte,« had zij hem geantwoord, »en een mensch heeft er zijn brood.« Jaap had daar op niets kunnen antwoorden, maar hij was blij geweest, toen hij weer met Jenneke, de vrouw, in zijn hoeve op de stille hei terug was.
"Wees dan zoo goed hem te halen." "Hij woont twee schreden van hier. Hei, baas Bourgaillard!" Baas Bourgaillard, de wagenmaker, stond voor zijn deur. Hij kwam, onderzocht het wiel en zette een gezicht als een chirurgijn, die een gebroken been ziet. "Kunt ge dadelijk dat wiel herstellen?" "Ja, mijnheer." "Wanneer kan ik verder reizen?" "Morgen." "Morgen!" "Er is voor een dag werk aan.
"Ja!" zeide Reynszen, het hoofd schuddende: "'t zou mij van Mijnheer spijten: maar er is een zware praesumtie UEd. was geen vriend van den gewonde." "Ben je dol?" vroeg Pulver: "Mijnheer Huyck voor een moordenaar aan te zien!" "Goed recht geven," zeide Doedes: "geen aanziens des persoons hei wat!" vervolgde hij, ziende dat Andries zich verwijderde: "die man blijven meegaan getuigenis afleggen."
Wacht eens, daar rijden de veldwachters juist te paard voorbij. Loop, wat je loopen kunt, dan haal je ze misschien nog in." In drie sprongen was Hans bij het hek. Toen den weg opgedraafd, de paarden achterna. Hans werd vuurrood in 't gezicht van 't harde loopen en van 't roepen: "Hei daar, ho, veldwachters!" Maar je begrijpt, al dat gevlieg en geroep hielp ook wat!
Uit het gezicht zijnde, zette de jongen een groote stem op en galmde 't uit: «Gij Asschepoester in 't verleden, Gij donkere achterhoek des lands, Plots rijk aan schatten, niet te meten, En diamanten Limburg thans.» Toen kwam er eene smartelijke uitdrukking in 't gelaat van den grijsaard. Al die dagen praatten de boeren van niets anders. Ze hadden steenkool gevonden op de hei!
Als je hem daar zoo zag werken, zou je niet zeggen, dat er den laatsten winter zooveel door zijn hart was heengegaan, waardoor nieuw leven was gewekt. Maar als je de hei daar zoo stil zag liggen, zou je ook niet zeggen, dat 't overal binnen in haar woelde en werkte van nieuw leven en dat zij alles in gereedheid bracht om bij den eersten warmen dag den beste in feestgewaad te verschijnen.
Ze deden allemaal hetzelfde: eerst half-weg de kamer omkeeren en weer naar de deur toe gaan, en dan in plotselinge verwarring, uit de rij en in de kamer rondloopen en zoeken zonder richting of doel, met hei!-en-ho!-geroep van de heeren, die elkaar grappiglijk tegen 't lijf liepen.
"Hei, Huck! hoor je dat?" Huck begon ook te graven en te krabbelen. Eenige planken werden spoedig gevonden en verwijderd. Zij dienden om een door de natuur gevormden kelder te verbergen, die zich onder de rots bevond. Tom kroop in dien kelder en hield zijne kaars zoo ver vooruit, als hem mogelijk was, doch kon zoo zeide hij niet tot aan het einde der kloof zien.
"Hoe schoon zij is, dacht hij: zij is zoo zacht en stil, zoo bescheiden; zoo schoon in haar droom...." Steeds is de hei weemoedig; doch dien dag kwam zij hem smartelijk voor. Zag Hary Gerards er zijne stemming als in een spiegel? Hij kende hare smart werkelijk. "Zij gevoelt haar vonnis, dacht hij. Zij weet haar doem ten ondergang. Doch heeft niemand dan gezien hoe prachtig dit panorama was?
Nu, ik kon dat zo niet vragen: hei, hoor eens hier! jy, met die groene rok daar, wie ben je? Nog geen half kwartier daar aan, of daar komt myn oude kennis, myn beste Willis. Ik stond op, en gaf hem, op zyn vaderlands, de hand. Welkom, myn jongen, zei ik: kom, zit aan, en eet wat met my; en ik vroeg hem duizend vragen te gelyk.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek