United States or Uruguay ? Vote for the TOP Country of the Week !


Deutgenius houd ik voor eene verlatynsching van Deutgen, en dit is eene oude spelwyze van het woord duitje. Men zie bl. 110, en Van Lennep en Ter Gouw, De Uithangteekens, dl. En Centen is daarvan een patronymikon, op de wyze als in § 40 vermeld is. De volle vadersnaam Vincenten komt ook als geslachtsnaam voor. »De Stuiver" kwam reeds in de 15de eeu als uithangteeken voor.

Hier woonden, volgens Plinius, in het westen de Taxandriërs en in den Karolingischen tijd strekte zich hier de gouw Taxandrië uit, naar de Taxandriërs aldus genoemd, terwijl in het oosten, langs de Maas, de Mosago, de Maasgouw, lag. Zijn vaste bevolking ontving het land door Frankische stammen.

Zie nog De Cock en Teirlinck, Kinderspel en Kinderlust VII, bl. 78; De Cock, Spreekwoorden en Zegswijzen afkomstig van oude gebruiken en volkszeden, bl. 131; J. F. Willems, in het Belgisch Museum 1843, VII; Pol de Mont, in het Nederl. Museum 1888, I, bl. 181; Loquela 1886, bl. 25; Noordbrabantsche Volksalm. 1843, bl. 55; Ter Gouw, Volksvermaken, bl. 205.

Eerst liep hij naar Ouwerschie en vandaar met een groote bocht onder den naam van Oude Dijk en Kleiweg naar Crooswijk en Kralingen om dan als 's-Gravenweg naar Moordrecht en Ter Gouw te loopen. Vergelijken we de richting van dezen ouden en den nieuwen zeedijk, dan blijkt ons, dat er zich tusschen beide een groot grondgebied uitstrekt.

Bladen VIII, bl. 62; V, bl. 80; II, bl. 1 vlg.; Welters, Feesten, Zeden, Gebruiken en Spreekwoorden in Limburg, bl. 13; Ter Gouw, Volksvermaken, bl. 109.

Zij hadden een kazerne aan de markt, later bij den Areopagus. Zij worden ook Skythai, of naar zekeren Speusinus, die het corps georganiseerd zou hebben, Speusinioi, genoemd. Hunne aanvoerders heetten toxarchoi. Toygeni, Toygenoi, een keltische stam, gouw der Helvetii, v. s. identisch met de Teutones.

»Wij boden haar aan hier te blijven, maar dat durfde ze niet. Zij was zoo angstig en gejaagd, dat zij bijna niet wist, wat zij deed, en zij vreesde, dat de soldaten over den dijk zouden komen, om haar te halen..." »Maar waar is zij nu?" vroeg Marten ongeduldig. »Er kwamen enkele bootjes met vluchtende Saardammers hier langs, die door de Gouw wisten te ontkomen.

Van de Waereld met Van Weerelt, Oldewelt, Wereldsma, enz. zijn op bl. 363 reeds behandeld. Het vagevuur komt, voor zoo verre my bekend is, in geslachtsnamen niet voor. Een Paradies met Paradis, enz. is op bl. 371 al vermeld geworden. In der daad kwamen hemel en hel oudtijds wel als huisnamen voor. Van Lennep en Ter Gouw noemen eenige voorbeelden daarvan op, in hun werk De Uithangteekens.

"Hij! doe stichst brand, daor lig 'n kole vuur bie dien klompe op de vlouer." "O, wacht man, laot de tange man staon, 't geit zoo wol", en Pijter trekt de klompe oet en schept de kole vuur in de raokeldobbe. "Verbraanst dien zokke." "Nee, 't schal wol gouw gaon. Haf' we Jan Tools zien hond hier man, dan höf we nooit 'n kole vuur aanvegen." "Wat dee dij hond dan?"

Van Lennep en Ter Gouw vermelden er velen in hun werk De Uithangteekens. Die namen waren wel wat te lang in het dageliksche gebruik. Men kortte ze dus wel in, en sprak enkel van »de Keizer", »de Koning", »de Bisschop"; b. v. ik woon in »de Keizer", of naast »de Koning", ik ga naar »de Bisschop." En zeer geleidelik gingen deze verkorte huisnamen wel over op de lieden welke in die huizen woonden.