United States or Saint Barthélemy ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maak myn Compliment aan Mejuffrouw de Weduwe Spilgoed; en zeg haar zo veel gy nodig oordeelt, zo gy deezen nog, vóór ik u omhels, in handen krygt. Nagt, lieve ziel. Ge-eerde Heer, zeer waarde Voogd! De steen is geworpen: ik ben 't ontvlugt, en acht het pligtmatig u alles te melden. Gister namiddag ben ik hier in myn nieuw Logement gearriveert: Ik zal alles vertellen.

De djeloedar van de karavaan is aangekomen; morgen zullen wij in het bezit zijn van onze bagage; de stoomboot, die in geregelde dienst tusschen Bombay en Bassorah vaart, wordt elk oogenblik verwacht: wij moeten ons dus voor de inscheping gereed maken. 21 November. Gister avond heeft de stoomsloep van het engelsche consulaat ons aan boord van de Pendjab gebracht.

Men had haar verboden te spreken met "dien kwajongen" en slechts van-tyd tot-tyd, als juffrouw Pieterse de kamer verliet, vond Leentje gelegenheid hem eenige troostwoorden toetevoegen, schoon 't haar in 't oog viel dat Wouter niet zoo bedroefd was als men vooronderstellen zou van iemand die benepen zat tusschen de kastyding van gister en den huisdominee van morgen.

Wij gaan eerst reizen en wat van de wereld zien; ik ken nog geen der groote badplaatsen, Ems, Baden-Baden, dan Zwitserland, Italië verbeeld u eens Italië, waar gij mij gister nog zooveel van verteld hebt, en dan, als wij dat alles gezien hebben, zoeken wij een plekje uit, waar het ons bevalt om te wonen."

Alleen was het pad dikwijls moeilijk voor de geduldig zwoegende hitjes; met uitglijden en struikelen worstelden zij tegen de stroomende steilten op, waar stortbeek was geworden wat gister nog voetpad was. Tegen den middag bereikten wij den bergpas; en kort daarna, bij helderen zonneschijn, de onderneming.

Als hij in de lucht keek, kon hij toch raden dat de regen en de vuiligheid gister al was uitgevallen en dat zijn lijf vandage zou bevrijd blijven; 't geluchte was toen nog, grijs met zware wolken die over de daken voeren.

Wie dáár overheen kykt, moet knap wezen! Geen "mensch" geen "sterveling?" En zy dan? Wouter wist waarlyk niet hoe hy 't had. Gister nog zoud-i misschien zonder den minsten erg... Ach, hy was zooveel ouder sedert gister! En 'n beetje wyzer ook! En dus... iets minder onnoozel ook! Of hoe anders moet het heeten, die schroom om zich te stellen op de laagte of hoogte van Vrouw Claus?

Halfluide soms ontsnapte hem eene goedkeuring over een koornstuk of eene verwondering over 't werk dat men hier gister, zoo of anders, met of tegen zijn boerenzin, bedreven had. En langs de rechte bane, waar hij nu een verre zicht kreeg, merkte hij nog altijd geen levenden wandelaar. Vanhoutte slaapt nog, *k ben de eerste er uit vandaag,... of hij durft niet komen, gromde hij.

Dat dingen van gister had hij meenen te vergeten met slapen en 't stond daar nu groot gegroeid, sterker dan ooit in zijne nieuwigheid, met hevige verlangens en zotte voornemens.

Nu ja, geen zwarigheidzoeker of dwarsdryver kon ontkennen dat-i sedert gister op dit punt 'n wyde schrede was vooruitgegaan, en zelfs sedert z'n indringen in de kroeg van Vrouw Gooremest. Nog geen vol uur geleden dreigde z'n gemoed te bezwyken onder Femke's verachting, en nu... nu...