Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juli 2025
Ik en wist menigerwerve niet... Ik dacht somwijlen... Ysabele, zeg mij nu, ééne male slechts, maar oprecht: hebt gij mij lief...? Of hadt gij Gwinebant, den lieven gezel... immer liever dan gij mij hadt...? Ysabele, over Gawein heen, geknield, hare armen om zijn bruin lokkige hoofd, zijne wonde aan haar borst, zag hem lang in de bruine oogen aan, die nog nauwelijks braken.
In zulke voorwaarden zullen zij het zeer natuurlijk vinden, dat wij willen beproeven of zij u niet zou herkennen. Blijf dus hier gerust wachten, totdat ik wederkeer. Misschien zullen wij ons nog over eenen gelukkigen uitslag te verblijden hebben." Met eene bittere uitdrukking van ongeloof staarde de sergeant-majoor zijnen gezel achterna, en legde dan geheel moedeloos het hoofd in de handen.
Toen zijn gezel hem de reden dezer koelheid vroeg, bleek het, dat de prinses Ermelinde hem in het hoofd speelde en hem eensklaps zwaarmoedig had gemaakt. Dit gaf den sergeant-majoor weder stof tot spotten. "Uwe gekke scherts laat mij ongevoelig," zeide de fourier zeer ernstig.
Hij leidde zijn ezel aan de hand en de kastelein wilde het dier van hem afnemen en naar den stal brengen; maar de jonge gezel sprak: »Doe geen moeite, ik zal mijn ijzer-schimmel wel zelf wegbrengen en vastbinden, want ik moet weten, wat er met hem gebeurt.« Dat vond de waard vreemd, en hij dacht, iemand, die zelf voor zijn ezel wou zorgen, zou wel niet veel te verteren hebben; maar toen de vreemde een paar goudstukken uit zijn zak haalde, en verzocht daar wat goeds voor zijn avondmaal voor in te slaan, zette hij groote oogen op, en ging zelf om het beste te halen, wat er te krijgen was.
ROLAND ziet hem aan; zachtkens, zachtkens zegt hij: gezel, doet gij dat met opzet? Ik ben ROLAND die u zoo lief heeft. Ik hoor u, zegt OLIVIER; ik hoor u spreken, maar ik zie u niet. Moge God u zien, vriend. Ik heb u getroffen, vergeef mij. Ik heb geen letsel bekomen, antwoordt ROLAND ik vergeef het u.
"Geeraert," viel hij uit, "gij zijt een waardige gezel; dank voor uw trouw en uw moed. Luister dan, want ik heb weinig tijd. Gij zult spoedig naar uw gezellen gaan om hen te verwittigen: deze nacht zult gij u geheimlijk met hen in het Peperstraatje begeven; gij alleen zult op de wal tussen de Dam- en Kruispoorten klimmen; leg u plat ter aarde en laat uw ogen in de richting van St.-Kruis gaan.
De jonge gezel weende in zijn hart over het meisje dat hem verloofd was; de vader werd met innige pijn gefolterd, nu hij zijn zonen de vreemden tot slaven laten moest; en de zoon zuchtte weemoedig bij de heugenis zijns grijzen kranken vaders, welke nu alleen ten prooi der dwingelandij blijven moest. In hen waren twee driften, de onversaagdheid en de angst.
Hy stond dus zoo'n Wezen zeer na, en beschouwde het in z'n trouwhartigen waan als z'n natuurlyken bondgenoot, als z'n gezel, als z'n kameraad. Zoo voelde hy zich prins van geestelyken bloede, al was hem dan de Fancy-vertelling ontgaan, die ik in den aanvang dezer geschiedenis meedeelde om den lezer inzage te geven in Wouter's stamboom.
De meubelmaker en zijn gezelschap waren vroolijk tot diep in den nacht, maar eindelijk legden zij zich toch te slapen; de jonge gezel ging ook naar bed, en zijn toovertafeltje zette hij tegen den muur. Doch de waard kon niet tot rust komen, hij dacht, dat hij op den rommelzolder een oud tafeltje staan had, dat er juist zoo uitzag; hij haalde het voor den dag en ruilde het voor het toovertafeltje.
Want nu, met Ysabele en met het Scaec, bracht ik ook mijn gezel, Gwinebant, en mocht hem van den doode redden...... Gawein bood Koning Artur het Scaec in de handen, uit de los gewondene mouwe... Toen gevoelden de gezellen hoe lief zij Gawein allen hadden en hoe prachtig hij was, omdat hij aan Wonder geloofde... Maar tevens gevoelden zij een vreemde wroeging...
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek