United States or United States Virgin Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Men knielt voor u, men bezingt uwe glorie en men waant u gelukkig, o, machtige vorst van Ascalonië!... maar uw oog is kwijnend en in uw hart is het duister als in een graf. Uwe arme Ermelinde, uw aangebeden kind, niet waar? Gij waant ze dood, gij vermoedt niet, dat een godvergeten toovenaar ze aan uwe liefde heeft ontstolen.

Toen zijn gezel hem de reden dezer koelheid vroeg, bleek het, dat de prinses Ermelinde hem in het hoofd speelde en hem eensklaps zwaarmoedig had gemaakt. Dit gaf den sergeant-majoor weder stof tot spotten. "Uwe gekke scherts laat mij ongevoelig," zeide de fourier zeer ernstig.

De fourier stuurde nog eens eenen blik vol medelijden tot de krankzinnige juffer, en klom dan langzaam de trappen op. In zijne kamer gekomen, zette hij zich bij de tafel, schikte een ontplooid papier voor zich, en meende te schrijven; maar zijne geschokte verbeelding voerde hem weder beneden, in tegenwoordigheid der prinses Ermelinde.

Baptist-de-vogel poogde zijne uitleggingen voort te zetten; maar de aandacht der onder-officiers was zoo onafkeerbaar op de prinses Ermelinde gevestigd, dat zij niet meer luisterden. Ontevreden veegde Baptist met zijne mouw de krijttrekken van de tafel, en liep grommelend het huis uit.

Misschien zou hij eindelijk toch over zijne kinderachtige ontroeringen gezegevierd hebben, want hij deed er ernstige en oprechte moeite genoeg toe; maar nu en dan, wanneer hij te huis kwam en noodzakelijk door de keuken moest gaan, om zijne kamer te bereiken, zag hij de treurende Ermelinde in haren leunstoel zitten.

Van de prinses Ermelinde en van de andere zinneloozen was hij nog dieper vervaard geworden en deed alles wat hij kon, om hunne ontmoeting te vermijden.

Wel werd de fourier allengs weder eenigszins ernstig, doch het bleef echter klaarblijkend, dat de betoovering, vroeger door de prinses Ermelinde op hem uitgeoefend, beslissend was verbroken. Na de morgenvergadering der compagnie, zeide hem de sergeant-majoor. "Fourier, ik ga straks naar Moll, om daar den baas der Zwaan een bezoek te brengen.

Op dit oogenblik verschijnt de fourier in de keuken; een angstkreet ontsnapt hem. Wat hij zoo dikwijls gedroomd heeft, gaat waarheid worden: nu moet hij de prinses Ermelinde verdedigen tegen haren wreeden dwingeland! Hij heft de sabel in de hoogte en zal het monster den ruigen kop kloven.... maar achter zijnen rug klinkt nu eene stem, die hem toeroept: "Houd op, houd op! Zijt gij zot geworden?

Boos of dreigend schenen zij echter niet te zijn; bovenal niet de juffer die, roerloos als een wassen beeld, hare groote blauwe oogen, zoet en klagend, op hen hield gericht. "Zoo jong, zoo lief.... en krankzinnig!" zuchtte de fourier met medelijden. "Het is Ermelinde, de verwenschte prinses," zeide de dochter met eenen glimlach. "Houdt gij nog andere zotten?" vroeg de sergeant-majoor.

Waar hij zich ook bevonde, de prinses Ermelinde vervolgde hem onverpoosd, en zelfs wanneer hij achter de gelederen zijner compagnie onder de wapens stond of deel nam aan de krijgsoefeningen, zweefde haar beeld immer voor zijne oogen.