Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 31 mei 2025
Toen ik diep in de nacht het boek uit had, wist ik, dat wij het nog op geen stukken na weten en dat ons volk voor het grootste gedeelte het nog helemaal niet weet. Ik was er kapot van. Maar laat ik niet voortgaan. Het windt me te veel op. Ook vanwege eigen falen. Waarom heb ik niet feller gevochten dan ik deed voor wat ik zag als 'de heilige plicht' van de kerk?
Deze hield dadelijk op het Hollandsche admiraalsschip de Eendracht aan. Van weerszijden werd er gedurende drie uren hevig gevochten, maar geen der partijen behaalde een beslist voordeel. Voor de Ruyter geen geringe eer, want zijne vloot was aanmerkelijk zwakker dan de Fransche.
Hij hoorde hoe men van alle kanten zijn naam uitsprak en kreten van verbazing slaakte. "Het is Jan Verhelst; ja, het is Jan Verhelst!" riep men. "Wat heeft hij misdaan? Gestolen? Het is onmogelijk? Wie weet?... Hij heeft misschien gevochten en iemand met een mes gestoken? Maar hij was de goedheid zelve.... Een kwade slag? Het kan iedereen gebeuren. Arme Jan Verhelst, arme Jan!"
De schouwburgen openen hun deuren en spelen vaudevilles; de nieuwsgierigen praten en schertsen op weinig schreden afstand van deze in vollen oorlog zijnde straten. De huurrijtuigen rollen; men gaat ten maaltijd; soms zelfs in de wijk waar gevochten wordt. In 1831 werd het vuren gestaakt, om een bruiloftspartij door te laten.
"Stoor u niet aan zulke geruchten," hernam de Tempelier; "maar laat ons er aan denken, hoe het kasteel te verdedigen. Hoe hebben de schelmen van schutters, tegenover welken gij waart, gevochten?" "Als duivels in menschelijke gedaante," antwoordde De Bracy.
Dikwijls hadden ze samen gevochten in dien tijd o! heel dikwijls en verwoed! maar altijd had dadelijk daarna elk van beiden klaar gestaan om ieder ander aan te vliegen die wat dorst te zeggen van zijn vrind.
Zoodat alles waar we voor gevochten hadden voor ons verloren was, en er nog meer van onze mannen gedood werden. Soms, zelfs nu nog op mijn ouden dag, heb ik leelijke droomen waarin ik dien stuurman hoor gillen: 'Jah! Jah! Jah! Maar al de menschen in de vischkampen werden gedood.
En de nieuwe wijken uitgebouwd en uitgeblokt over heuvelen en dalen. Zooveel kerken. Een heilige stad van allen. Maar toch onze stad. Bij het huis van den Groot-Muftie links en langs weer een groot Engelsch soldaten-kerkhof. Er is hier voortdurend zwaar gevochten van de bezetting van Jeruzalem tot de laatste doorbraak. Dan in de bergen. De stad heel weg. Alles stil. Een voetweg.
"Vader," zei ze, toen die thuis kwam van het kantoor, "Tony heeft met de jongens gevochten voor mij en hij heeft al zoo'n pijn. Wees U maar niet boos." En vader zei alleen: "zóó, een bloedneus, en de ander? Is die heelemaal dood of half? Je moet niet vechten, Tony" en nu kon Tony toch niet denken, dat vader er geen verstand van had, want die was toch ook een jongen geweest. Haar geheim.
Weerbarstig bleven ze wachten, bedreunend de brug, vullend 't verlengde der straat, vloekend op Davy, die niet toegeven wou, op Moritz en Prins en de andren. Op den hoek werd gevochten. Daar hadden ze Dovid herkend en Berlijn. Woest knauwden de vuisten de koppen der onderkruipers, angstige schreeuwen doorgilden de lucht.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek