United States or Sudan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Waarom moest er accijns op zout zijn, zoodat een arme vrouw geen recht had naar het strand te gaan om een emmer zout water te halen, maar het zout tegen hoogen prijs moest koopen in de winkels der regeering? En waarom moest er een belasting op de palmboomen zijn? Nu velden de boeren met toorn in het harte de oude boomen, wier kronen zoo lang boven het edele eiland gewuifd hadden.

Intusschen had de man, na zijn pakje en stok op een bank te hebben gelegd, aan een tafeltje plaats genomen, waarop Cosette haastig een flesch wijn en een glas had gezet. De koopman, die den emmer water had gevraagd, was zelf het zijn paard gaan brengen. Cosette had haar plaats onder de keukentafel weder ingenomen en ook haar breiwerk gezocht.

Zij wil gemolken worden, zeide Mattia. Oogenblikkelijk liep ik naar huis om den netgeschuurden blikken emmer te halen, waarin vroeger Roussette werd gemolken en dien ik op zijne gewone plaats had zien hangen, hoewel het al heel lang geleden was, sedert vrouw Barberin een koe op stal had. In het teruggaan vulde ik den emmer met water, zoodat vrouw Barberin de uiers kon wassen, die vol stof waren.

Het regende nu ook van alle zijden klappen en schoppen, en eindelijk werd hij met zijn hoofd in een emmer met water geduwd, zoodat hij er erbarmelijk uitzag. Een was er, die hem een zakdoek gaf om zich te drogen, en zoo droop de gestrafte verklikker naar huis.

"O, stoor je daar niet aan, Jim; dat zegt ze altijd. Geef den emmer: ik ben binnen twee minuten terug. Zij zal het nooit te weten komen." "Ik durf niet, jongeheer. Als de juffer het zag, zou ze me de haren uit het hoofd trekken." "Zij? Ze slaat haast nooit, en als ze het doet, is het alsof er een veer over je rug gaat. Zij heeft een grooten mond, maar praatjes doen geen zeer.

Deze raapte hem op, greep met de andere hand den emmer en vulde de muts met aangemengd gips. Daar heb je het bedeksel van je ongelukkige verstand weer terug! En hij wierp hem het met gips gevulde hoofddeksel in het aangezicht, dat rood was van toorn. De gips vloog uit de Fez, en in het volgend oogenblik zag de dokter er uit, als een uit peperkoek gekneed kerstmannetje.

Het sterk-gespierde, forschig-breede bovenlijf naakt, den ruigen stilaan-grijzenden kop tusschen de wat hooge schonkige schouders, stond hij voor een emmer water, dien Trees hem aangereikt had.

Toen sprak de jongste: "Ik droomde, dat ik mijn handen waschte en dat de prinsen, mijn broeders, de kom vasthielden, terwijl de koningin, mijn moeder, fijne handdoeken ophield, waaraan ik mijn handen zou kunnen afdrogen en Uwe Majesteit zelf schonk er water over heen uit een gouden emmer."

Karel was niet te bewegen eene hand uit te steken. Hij vond de beesten zóó eng, dat hij ze niet durfde aanraken. Eindelijk had Jan ze alle weer verzameld. "Geef mij den emmer maar," zei hij. "Anders ligt het heele zaakje aanstonds weer op het ijs. Draag jij dan de bijlen." De jongens verwijderden zich hoe langer hoe verder van het dorp. Hier en daar waren kleine, vierkante bijtjes gehakt.

"Waarom laat meester me schrijven: soort zoekt soort? Hij scheldt me niet uit, neen, dat doet hij niet; maar het is toch langs het kantje af!" En zoo redeneerde hij al voort, tot hij ten laatste aan den Baviaan dacht. "Dien leelijken vent heb ik uitgescholden, dat is waar, maar hij geleek toch meer op een baviaan dan ik op een varken gelijk!" Wacht, daar stond een emmer met schoon water.