Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juni 2025
Het was Charley, die ons deze tijding bracht, tevens met het bericht er bij dat zich nevens dezen put een kampement van inlanders bevond. Den 12den, met het krieken van den dag, vertrok ik met het doel hen te overvallen en een hunner gevankelijk mede te voeren, maar toen ik kwam, waren de zwarte vogels gevlogen. De put gaf ons uitmuntend water.
"Het was een dappere daad, meester", zei hij weer, "en de Dood was niet gemeen genoeg om te spreken." "Waarom zeg je toch meester tegen mij?" vroeg ik, een beetje geraakt. "Wij hebben onze namen geruild. Voor jou ben ik Otoo. Voor mij ben jij Charley. En voor ons tweeën zal jij, altijd en altijd, Charley zijn en ik Otoo. Het is zoo de gewoonte.
»Wel, wat zou hij zeggen?« vroeg Charley, plotseling zijn vroolijkheid bedwingend, want de manier van spreken van den Vos maakte indruk op hem. »Wat zou hij zeggen?« Dawkins floot een paar minuten; toen nam hij zijn hoed af, krabde zich op 't hoofd en knikte driemaal. »Wat bedoel je?« vroeg Charley.
Toen deze schikkingen gemaakt waren, werd hij ingelicht omtrent de kenteekenen, waaraan hij den Slimmen Vos kon herkennen en werd door Charley Bates langs donkere kronkelsteegjes tot heel dichtbij Bow Street gebracht.
Wat doet 't er toe, waar het vandaan komt? Hier pak an; op de plaats, waar het vandaan komt, is der nog genoeg over. Maar jij wil niet natuurlijk. O, wat 'n heerlijke stommerik ben jij!« »'t Is leelijk, hè Oliver?« vroeg Charley Bates. »Z'n nek zal 't wel voelen, niet?« »Ik begrijp je niet goed,« antwoordde Oliver. »Ik bedoel zóó iets, ouwe jongen,« zei Charley.
Vos, doe het pakje open en geef Bill de kleinigheden, waaraan we vanmorgen al ons geld besteed hebben.« Op Fagin's verlangen maakte de Vos den bundel los, die vrij groot was en van een oud tafellaken gemaakt, en reikte de voorwerpen, die er in waren, één voor één aan Charley Bates toe; deze zette ze op tafel met allerlei lofspraken omtrent hun zeldzaamheid en voortreffelijkheid.
Toen zij er zoo lang zwijgend gestaan hadden, tot zij juist genoeg op adem waren gekomen om te kunnen spreken, liet Charley Bates een uitroep van pret hooren; hij barstte uit in een dollen schaterlach, liet zich op een stoep vallen en rolde daar in de grootste vroolijkheid om en om. »Wat scheelt je?« vroeg de Vos. »Ha! ha! ha!« brulde Charley Bates.
Dus werden de papieren in orde gemaakt en geteekend. Een jaar later was ik gedwongen aanmerkingen te maken. "Charley", zei ik, "je bent een gemeene bedrieger, een akelige krent, een ellendige landkrab. Hoor maar eens; je deel voor dit jaar in ons compagnonschap is duizenden en duizenden dollars geweest. De boekhouder heeft me dit papier gegeven.
Intusschen begon de Slimme, die van een zwaarmoediger temperament was en zich zelden aan vroolijkheid overgaf, wanneer er zaken te doen waren, Oliver's zakken met grooten ijver te doorzoeken. »Wat zeg je van z'n plunje, Fagin!« zei Charley en zette het licht zoo dicht bij Oliver's nieuwe buisje, dat hij 't bijna in brand stak. »Kijk die plunje! Piekfijn laken en naar de laatste mode gemaakt!
»Dat,« wierp de Vos tegen, met zijn pijp wuivend »dat was alles ter wille van Fagin, omdat de smerissen weten, dat wij samen werken en hij zou in moeilijkheden geraakt zijn als wij ons niet uit de voeten hadden gemaakt; daarom deden wij 't, is 't niet Charley?«
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek