Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 mei 2025
Het rijtuig ratelde hier erger over den weg, die hier en daar glooide tusschen de rijtjes magere nietige boomen, die gele blaâren afstrooiden, wuivend naar den dikken buik van de Poort, voor de groen door hen bepoetelde huizen heen, en de oude heer danste met zijn heele lichaam. Jozef zat Mathilde aan te kijken. Zij beglimlachten mekaâr eventjes tusschenbeide.
Het landschap begint te golven, de weg stijgt, aan weerskanten komen heuvels op. Overal, uit het pluimige groen van bamboeboschjes te voorschijn, die luchtig aan de hellingen hangen, wuivend op den lichten wind, breken beekjes te voorschijn en wit-beschuimde kleine watervallen.
Sörge deed vóor hem in de ruimte, boven den bloementuil, een wuivend gebaar, en lachte naderhand zeer hartelijk. Men bracht druiven en perziken. Te halftwaalf deed de groene Dumdie de deur open voor Milly d'Orval en Roy-Dour, bijgenaamd Marjolene. Ze traden binnen arm aan arm en zij waren een voortreffelijk verschijnsel.
In overeenstemming met de versiering der deur is de geheele wand van het houten huis getooid; een breede lijst kleurig snijwerk loopt beneden langs de ramen; een smallere boven, waarvan de kleuren en de figuren licht gedempt worden door de schaduw van den dakrand, en waar, in den wind wuivend, allerlei fijn plantengroeisel over afhangt, orchideeën en varens, mossen, teer slingergewas, dat in de dichtgespreide palmvezel van het dak, de zwarte idjoek, zijn behoef aan voedsel en vochtigheid vindt.
Maar nadat hij er had rondgedoold over de heiden en door de bosschen, klonk het als kinderlijk dankbaar: Mijn zomersch land, dat ik zoo vaak doorreed op gladden grintweg, dwars door bosch en hei, naast open akkers, langs de stille wei, door eik- en elzenstruik wuivend omkleed,
Ver, ver van 't kleinzielig menschengedoe, alleen met onze zielen, onze gedachten in de heerlijke, schoone natuur, boven ons hoofd de blauwe hemel, voor onze voeten de onafzienbare zee, achter ons wuivend klappergroen, o! dáár kunnen wij ons geluk niet op!
En nu de huiv'ring, die 't ontmoeten Der overwelbeminde kust Waarin misschien de dierste al rust! Voorafgaat, neen! het wuivend groeten Van Guurtjens kleine, blanke hand, Wier pink weêrschittert van zijn pand! Zie, had de knaap voor jong'lingsdroomen, Voor goud of roem uw zegen veil, O bruilofsvreugde! o huw'lijksheil!
Toen sprak ze, met een zucht opnieuw, van het portret, en Johan Doxa, terwijl hij zijne blonde krullen schudde op zijn nek, en eene toenemende zekerheid den blik van zijne blauwe cherubijnoogen vastzette in zijn rond-vette aangezicht, zei nu, al wuivend met zijne korte armen ... eigenlijk zei hij nog in het geheel niets, maar hij wist wat hij zeggen moest en wuifde met zijn korte armen.
Als ze beiden 't spoor bereikten, hield hij op met tateren en lengde zich uit op zijne teenen om zijn dochter te kussen. Hij dacht niet aan zijn zoon. Hij dacht nooit aan iets dat buiten zijn wondere uitvindingen lag of dat niet direkt-tastbaar aanwezig was. Hij riep van verre, wuivend met zijn neusdoek: Daág!... Daág!...
Sebastiaan boog zich over tafel en zijne linkerhand deed al wuivend een stil gebaar: Laat juffrouw Bella maar bedaren ze krijgt wel wat praats, als ze mij hierom genegen is. Een beetje soep nog? vroeg mevrouw Devleeschhouwer. Wel ja, wel ja, zei Albien. Goedele at langzaam en was precies zoo heinde en verre met hare gedachten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek