Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 mei 2025


Maar met dat al, en schoon er weinig voorviel, dat hier verdient opgeteekend te worden, was het een dag van woeling en drukte en gerucht: geene straat was er in Haarlem, waar niet de moker van den wapensmid weergalmde, waar men geen snijder op zijn tafel zag, bezig met wapenrokken te bewerken of te herstellen, waar geen helmslager nieuwe nagels in de stormhoeden dreef, waar geen bontwerker bezig was met pluimen van allen vorm en kleur te vereenigen, waar eindelijk geen talrijke drom van Ridders en schildknapen heen en weder liep om zich aan te schaffen wat nog ontbrak, ten einde in vollen luister op het Tornooi-veld te kunnen verschijnen.

In een hoek lag een groote hoop appels, die Skinner bijeengegaard had, te rotten en aan een spijker aan het afloopend gedeelte der zoldering hingen verscheidene konijnenvellen, waarop hij zijne vaardigheid als bontwerker wilde beproeven.

"Waarom dat?" vraagt de ander "Ja, broêr," zegt de bontwerker, terwijl hij overeind krabbelt, "dat zal ik je zeggen: mijne vrouw wil, wat ik wil, en dat wil ik niet." Daar mij nu dit geval niets aanging, ging ik maar verder en dacht zoo bij mij zelven: het is toch een koddig gezegde! Wat zou de kerel daarmeê toch bedoeld hebben? "Mijne vrouw wil, wat ik wil, en dat wil ik niet."

Ja, toen ik nog een heele flesch was, deed ik dit wel, als men mij met de kurk wreef: men noemde mij destijds de echte leeuwerik, de groote leeuwerik! toen ik met de familie van den bontwerker op een buitenpartij was, en de dochter haar verlovingsfeest vierde, ja, dat weet ik nog zoo goed, alsof het gisteren eerst gebeurd was! Ik heb veel beleefd, als ik dat zoo eens naga!

Het duurde een geruimen tijd, voordat zij er uitgehaald werd, maar toen dit eindelijk gebeurde, waren er ook vroolijke dingen voorgevallen; allen lachten, ook de dochter van den bontwerker lachte, maar zij sprak minder dan te voren, en haar wangen gloeiden als twee roode rozen. De vader van het meisje nam de volle flesch en den kurketrekker in handen.

"Wat?" vroeg zijne vrouw. "Smijt den schotel met "swartsur" op de straat neêr." "Dadelijk!" zegt Fieken, en in een ommezien vliegt de schotel de deur uit, juist zóó als dezen morgen de bontwerker. "Goed zoo!" zegt de smid Wolf. "En nu, Fieken, smijt nu ook den pot met het andere "swartsur" er uit.

Toen ik nu juist de deur wilde voorbijgaan, vloog de bontwerker Obst over zijn onderdeur heen, zoo als een biljartbal soms over den band komt gesprongen, en komt op handen en voeten in de goot terecht. "Mijn hemel! broertje," zegt zijn buurman Gräun, "hoe komt gij daar beland!" "Ja, dat moogt ge wel zeggen!" zegt de bontwerker, "mijne vrouwlui hebben er mij uitgegooid."

En daar treedt van de andere zijde, zoo 't heet uit de vallei, de bontwerker Jan Lemmers te voorschijn als Koning David, die den Hoogepriester komt raadplegen over de middelen, om Gods toorn te verzoenen en de droogte te doen eindigen.

Maar wat ik zeggen wou, als gij toch de rivier oversteekt, zoudt gij Toby wel terug kunnen brengen, want ik geloof niet dat wij hem thans nog noodig zullen hebben." Ik nam het mormeldier mede en bezorgde hem met een halven souverein bij den ouden bontwerker in Pinchin Lane. In Camberwell trof ik Miss Morstan, een weinig vermoeid door het nachtelijk avontuur, doch zeer verlangend naar tijding.

Het beschreven papiertje, het laatst vaarwel van den minnaar aan de geliefde, zou slechts rouw aanbrengen, wanneer het eenmaal in de rechte handen kwam; maar waar waren die handen, zoo blank en zacht, die indertijd op den dag der verloving den zakdoek op het frissche gras in het groene bosch uitspreidden? Waar was de dochter van den bontwerker?

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek