United States or Jersey ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dan krijgt hij 'en blok aan zen been, want hij is te oud om op de bok gelegd te worden, en men kan em ook niet op zen bochel slaan; maar wat is 't as ie met het blok loopt? Dan zeit ie teugen de kinderen: St ... jongens! Klaas is ondeugend geweest; Klaas het 'en graantje gepikt; en de Vader het Klaas al zen centen afgenomen. Je begrijpt wel, meheer, dat ie dan nog meer opdoet".

De naam van z'n gastvrye bronnefee bracht Wouter tot nadenken. Hy meende 'n gelegenheid te bespeuren, eenig licht te doen opgaan over al de geheimenissen die dreigden hem krankzinnig te maken. Op-eens van toon veranderend, noodigde hy 't oude vrouwtjen uit, binnen te komen. Ze gaf hieraan aarzelend gehoor, maar bleef den muts aandrukken tegen den onderkant van haar bochel.

Vooral klinken van alle kanten de protesten van de getrouwde vrouwen: »Mijn man heeft mij overdag, mijn vriend de korte nacht... Loop heen, gij lelike bochel! bij God, ik zal u horens laten dragen; want nu is de zoete tijd gekomen dat de weiden groenen. Waarom slaat mijn man mij? Ik heb immers nooit iets anders gedaan dan mijn vriend beminnen.

»Heb je ooit gehoord dat een man die zooiets wou doen in een karretje kwam en met getuigen, malle ouwe vampiervroeg de driftige dokter. »Wat moet je hier danvroeg de bochel. »Wil je nou dadelijk weggaan, vóór ik een ongeluk aan je bega? Pas op

Ik zal 't je betaald zetten; ik zal 't je betaald zettenMet deze woorden zette het misvormde duiveltje 't op een gillen en danste op den grond alsof hij dol was van woede. »'n Gekke geschiedenismompelde de dokter in zichzelf. »De jongen moet 't mis hebben. Hier! Steek dit in je zak en sluit je weer opMet deze woorden wierp hij den bochel een geldstuk toe en keerde naar het rijtuig terug.

't Is stil in den tuin, geen windje beweegt de bladeren, en duidelijk verstaat Dorus zelfs de vrij zacht gesproken woorden van Jacob, als hij tot Pieter zegt: "De juffrouw is net zoo gek op dat mormeldier als die jongen met zijn bochel op de juffrouw is." "Wat meen ie, Joacob?" "Wel, heb je nog niet gemerkt, dat hij dol op onze Albertientje is?"

De eenige van het gezin, waarmede hij het minder goed kon vinden, was miss Betty, het wonderkind. Hoogstwaarschijnlijk omdat zij, die tot dusverre als de parel van het gezelschap was beschouwd, vreesde, dat de bochel een schaduw op haren glans zou werpen.

"Omdat je "krates" tegen me zegt; ik weet het wel, dat ik een bochel heb, maar jij hoeft het mij niet te zeggen." "! ! ! Meneer is op zijn teentjes getrapt. Allo, gauw! kom er af." "Neen." "Wil je niet? Wacht ik zal je beenen maken." Strijkman grijpt een hondenzweep, die naast de bedstede hangt, en heft ze dreigend op.

De jongen van vrouw Juttner had juist zoo'n bochel, ongeveer hetzelfde rosachtig-blonde haar.... En zestien jaren! de ouderdom zelfs kwam uit, en dan onnoozel en doof er bij. "'t Kan niet mooier," dacht Strijkman, terwijl hij rechtop in zijn bed met de hand onder het hoofd zat te soezen... 't Warrelde in zijn brein; hij overlegde: "Die vrouw schijnt wel handelbaar te zijn.

't Werd bij Strijkman een zeker soort van manie om er over te tobben; hij dacht over niets anders meer; hij treurde bepaald over het verlies van den kleinen bochel.