Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juli 2025
Rienk Westra trad toe: "Indien gij het verraad ontdekt hebt," zeide hij tot den monnik, die werkelijk niemand anders dan onze vermiste kloosterling was, "zoo zult gij dezen man niet gespaard willen hebben: hij komt uit het schip: hij is de hoofdaanlegger, de bevelhebber der bende." "Gij bedriegt u," zeide de monnik: "deze is niet de man waar gij hem voor houdt.
O, hemel, gij bedriegt u voorzeker!" "Neen, ik bedrieg mij niet. Mijne moeder had in het hart uwer Godelieve de kiemen van deugd en plichtbesef nedergelegd; ik, onnoozel kind nog, ik had haren geest de eerste begrippen der geleerdheid medegedeeld, de geleerdheid, welke haar moest behoeden voor zedelijke verlaging en bederf des harten.
"Neen, in den nacht." "Onmogelijk; tienmaal wierd ik ontdekt en aangevat." "Daarin bedriegt gij u: ik ben niet alleen om u te redden. De zaak is goed ontworpen. Wij komen te elf uren juist, onder voorwendsel van rondom den burg te waken, met eene kleine bende Gentenaars nevens den achtermuur van het klooster voorbij en zwaaien tot sein eene ontstoken lantaarn over en weder.
Zij bedriegt, boezemt u belangstelling in en verrast u door hare schoonheden, zooals gij niet zelden door den aanblik van een schoon Zigeunermeisje verrast wordt, door wier wild kapsel en armoedige lompen de schoonste lichaamsvorm, de liefelijkste gestalte en twee vurige oogen u tegenblinken.
Sinjeur Ciappelletto bedriegt een vromen monnik met een valsche biecht en sterft en na gedurende zijn leven een slechte kerel geweest te zijn, wordt hij na den dood als een heilige bekend en San Ciappelletto genoemd.
Yder woord ontstelde en vertoornde my: ik zei: Gy beledigt my ten hoogsten. Nooit heb ik iets, zelf schaduwachtig, gedagt van 't geen gy zegt; en zo ik het gedagt had, geloof my, dat ik niet met u zou gegaan zyn. Hy. Ik. Hou u gerust! Gy bedriegt u, zie ik, omtrent my: zo gy my beminde, zoudt gy my dus niet kunnen vernederen: Laat my gaan, ik wil hier niet langer blyven. Hy.
"Gij beeft, gij zijt vervaard?" zeide hij. "Gij meent dat het buitenmate pijnlijk moet zijn, wanneer men u de armen of beenen afsnijdt? Daarin bedriegt gij u geheel.
"Zonder dat gij het wist?" onderbrak Disdir met eenen glim van blijdschap. "Slechts dezen morgen, bij de aankondiging van mijn huwelijk ontsnapte ons dit geheim." "En gij hadt nooit te voren uwe liefde bekend?" "Noch ik, noch zij. Geen woord had ooit deze geheime zucht onzer harten verraden." "Ach, bedriegt gij mij niet, Robrecht?" "Wanneer heb ik iemand bedrogen?
Na lang het stilzwijgen bewaard te hebben, hief de koning zijne oogen op, liet ze een oogenblik vol afkeer en toorn op den geketenden jongeling rusten, en sprak dan met doffe stem: »Opperpriester, zeg ons, wat hem te wachten staat, die zijn broeder bedriegt, den koning onteert en beleedigt en zijn hart met zware leugens bevlekt!"
"Oom Matthijs," zeide ik, en richtte mij trotsch overeind, "die mij voor dom aanziet, die bedriegt zich," en daarbij moet ik wel een zeer dom gezicht gezet hebben, want mijn oom lachte en zeide: "En ge kunt niet te min voor u zelven geene toepassing uit de geschiedenis maken! Jongen, dat is ook maar eene gelijkenis!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek