Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 5 juni 2025


Julia had gehoord, dat Rodolphe kort geleden gebroken had met het blauwoogige meisje, waar hij zooveel van gehouden had; zij wist ook, dat Rodolphe na de eerste scheiding haar weer teruggenomen had, en was daarom bang het slachtoffer van een nieuwe verzoening te zullen worden.

Waarachtig, Burleigh, ik ben bang, dat zijn loyauteit er onder geleden heeft. "Terwijl hij over die kleine Spaansche heks spreekt, ziet Master Chester zijn Engelsche vorstin aan op een wijze, waarvoor de Lords hem zouden kunnen veroordeelen als schuldig aan hoogverraad."

Dat maakte haar weêr bang. Dan kwam daar nog bij waarom sloop die vreemde gestalte zoo bij haar binnen en overmeesterde al haar denken? Wat had die man een overdreven punten aan zijn snor, die zij langs haar wang voelde scheren; een heele lichte, nauwelijks merkbare onaangename geur kwam er rechts uit zijn boord op.

OSWALD. Ja, want dat is niet-te-zeggen afschuwelijk, zie je. O, als het maar een gewone doodelijke ziekte was geweest ... want ik ben niet zoo bang om dood te gaan, al wil ik graag zoo lang mogelijk blijven leven. MEVR. ALVING. Ja, zeker, Oswald, dat moet je ook.

In een oogenblik had Frits haar van den grond getild en zijn arm om haar heenslaande, zei hij zacht: "Stil maar Elsje, stil maar. Wij zijn heel blij dat je er weer bent. Haal maar eens flink adem. Zoo! Steun nu maar goed op mij. Tante is binnen. Wij gaan dadelijk naar haar toe. Niet bang zijn, het is niets, niets. Kom, kom, niet zoo beven! Straks maar gauw naar bed, he? De warmte zal je goed doen.

Onrust en donker alomme, Bang als een doove-en-stomme, tastend als blind ga ik omme Waar is mijn staf? Ik lijd en moet veelen verdrieten, ik geniet ook en doe wel genieten, maar alle vreugd zie ik vlieten in een graf. Ik weet wat alleenig mij rust geeft, wat mijn angsten gesust heeft, als 't kind dat moeder gekust heeft vóór den nacht.

Ik deelde alles mede wat was gebeurd, waarna de Skipetaar vroeg: En hebt gij niet gehoord, wanneer deze vier mannen wilden opbreken? Ik was er bij, toen een hunner het voornemen te kennen gaf om tegen den middag weer op weg te gaan. Dat hebben wij ook gehoord, maar wij vermoeden dat zij niet zullen komen. Waarom niet? Omdat zij bang zullen zijn.

Daardoor zondert het wijsgeerig denken zich niet af tot een aparte cultuur, maar sluit zich geheel aan bij de religieuze cultuur aller eeuwen. Het hoogste woord onzer wijsheid zal wel zijn de vereering, de eerbied voor God. Ik ben niet bang voor een verkeerde opvatting bij het woord God: het is beter dat men er een naïeve opvatting bij heeft dan heelemaal geen.

Ik stond stil om hem op te wachten, vatte post op den hoek van eene dwarsstraat en floot zachtjes, want ik kon niet ver van mij afzien. Ik was al bang, dat hij gestolen zou zijn, toen hij plotseling bij mij stond met een paar wollen kousen in zijn bek. Hij zette kwispelstaartend de pooten tegen mijne knieën, bood mij de kousen aan en scheen me te verzoeken, dat ik die zou aannemen.

Daarom kon ik het niet langer aanzien hoe zij van den winter verteerde van heimwee, zij, die gezwoegd en geslaafd had voor mij! Neen, dat kon ik niet, Karsten. En daarom zei ik: ga terug Lona, je hoeft voor mij niet bang te zijn; ik ben niet zoo lichtzinnig als je denkt. En zoo ... zoo kwam zij het te weten. BERNICK. En hoe nam zij het op?

Woord Van De Dag

zingenden

Anderen Op Zoek