Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juni 2025
Men zag er een grooten appelboom, waaraan soms meer dan een dozijn reinetten groen werden, verscheidene rozeperken, waaromheen in 't voorjaar een kring gele krokussen bloeien moest, meer dan één seringeboom, twee goudenregens, een dubbelen kers en, tegen den muur aan den eenen kant een wingerd, en aan den anderen een moerbeiboom.
Voor jongens kiest men een noten- of appelboom, voor meisjes een pereboom. Is het een goed noten- of appeljaar, dan worden veel jongens geboren; zijn de peren overvloedig, dan komen veel meisjes ter wereld. Ik herinner nog aan de treffende spreekwijze: "zijn levensboom verdort." Zie Is. De baker laat het kind kijken en strijkt daarvoor de gebruikelijke fooien op. En nu, voorzichtig!
Er stond in dit dorp, in den hof des pastoors, een groote appelboom, overladen met vruchten, die slechts twee maanden later eetbaar zouden zijn. De boom werd door honderden mannen bestormd, beklommen, gebroken en ontbladerd. Men smeekte, men vocht om eene beet der wrange vruchten.... De zure smaak, meende men, zou het branden van den dorst koelen.
"Dit is eene fourageering, zooals wij bij den hertog van Brunswijk zeiden, of een mondroof, zooals jelui 't noemt. En schout, ge zijt toch zeker ook dikwijls in den appelboom van den domeneer geklommen?" "De drommel weet, wat jou van daag bezielt; ja, dat ben ik, toen ik nog een kwâjongen was, maar nu heb ik groote kinderen, die ik met een goed voorbeeld moet voorgaan."
Een heel klein, donker vogeltje, nauwelijks zichtbaar in het naakt-twijgen-gewirwar van een appelboom, zong kort en fijn een doodweemoedig deuntje. 't Was als de stil-trillende klacht van een zwak-lijdend zieltje in de wijde, winter-eenzame verlatenheid. Zij huiverde en met een diepen zucht ging zij weer Meleken helpen omwasschen... De mannen liepen slenterend verder.
Onze eenden kwaken niet eens in vijftien dagen, of het dreige te regenen of niet. Geen vogel op Wildenborg, die piept of zingt! Ik ben niet doof; ik hoor den vink wel, die zingt in den appelboom; maar het is een trekvogel. Blijft hij in deze vermaledijde streek, dan zal hij haast voor altijd zijn liedje vergeten.
"Helle, Helle, kijk eens naar de spreeuwen!" Kaja had de gordijnen op zij getrokken en wees naar twee zwarte spreeuwen, die in den hollen stam van een ouden appelboom uit volle borst zaten te zingen. "Haast je, dat je aangekleed komt en naar buiten kunt gaan!" Dadelijk was Helle het bed uit en stond op een stoel bij het raam.
Waar kinderen zijn, is hij echter verleidelijk, daar de fraaie vruchten nog al licht afvallen, en men dan vooruit weet hoe 't gaat. Meer dan één Appelboom moet men echter niet nemen, wijl men dan aan de toch altijd wisselvallige kans op vruchten de altijd zeer gewenschte verscheidenheid opoffert.
Vlakbij gekomen deed de stier een aanval op den hond; maar deze ontweek den stoot en vloog op zijn beurt op zijn tegenstander aan. Deze schermutseling duurde voort, tot de vechtende partijen een heel eind van den appelboom verwijderd waren geraakt.
Het was in de Meimaand, de wind blies nog koud; maar «de lente is er,» zeiden boomen en planten, bosch en beemd; het wemelde van bloemen, tot zelfs in de boomgaarden, en daar bepleitte de lente zelve haar zaak; zij predikte van een kleinen appelboom: daaraan zat een enkele tak, frisch en bloeiend, met fijne, rozeroode knoppen als bezaaid, die op het punt waren zich te ontsluiten; hij wist zeer goed, hoe schoon dit was, want het zit in het blad zoowel als in het bloed; daarom verwonderde het hem ook niet, toen er een deftig rijtuig voor hem stilhield en de jonge gravin zei, dat een appeltak het prachtigste was, wat men zien kon; het was de lente zelve in haar heerlijkste openbaring.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek