Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juni 2025


't zel mijn hard ontgaan," zeide de grappige duivel, in zijn plat Amsterdamschen tongval, "of Jaap de aschkarreman zel mettertijd ook nog een wapen op zijn kar motten hebben." Deze snedige zet werd met het gewone gejuich ontvangen.

"Mag ik het haas dragen, Teun?" vroeg een kleine jongen met stroogeel haar en koffiebruine wangen, die op het laatste duin van Schoorl uit het kreupelhout te voorschijn kwam waarin hij zich een stok gesneden had, als hij de ruige pooten door het net van de weitasch steken zag. "Jawel, Krelis-broer!" zei Teun de Jager vroolijk: "ik zel 't je geven; maar je mot er niet van snoepen, hoor!"

"Wat zou ik?" zei Sander. "Ik heb nooit veul beleefd, en wat ik je vertellen kan, beteekent bezonder weinig, maar die 't beter weet, mot 't zegge, en daar huurt de schipper zen volk op. We zellen onderwijl rijs anpijpen en nog en slaapmussie neme; dan zel ik je net zegge, waar 't op staat, en wat me gepisseerde jaar in straat Sunda is wedervaare.

Wat zel ie blij wezen as ie hem weerom heit." En zij stak de hand uit om dien terug te nemen. "Hei! hei wat! dat gaat zoo niet," zeide Heynsz, terwijl hij den gesp nader beschouwde: "dat is geen versiersel voor een boerenknaap. Wat zegt Uw Ed.-Gestr. er van?" "Het is als gij zegt," zeide mijn vader: "de boerenknapen zijn meer op plomper fatsoen gesteld.

"Zel ik?" zei de arme man, door mijn stelligen toon bemoedigd. "Zel ik wezenlijk?" En zijn oogen afvegende met een blij gelaat, gaf hij mij de hand. In zijn behoefte om ook mij iets aangenaams te zeggen vroeg hij: "Smeer ik uw laarzen netjes genoeg?" "Overheerlijk", was mijn antwoord. "En is uw jassie goed genoeg geborsteld?" vroeg hij verder; "as er iets an mankeert, mot meheer 't maar zeggen".

"," zeit een derde, die plan heeft er verscheidene te koopen, "en eer je ze thuis hebbe!" "Zoo, Jan Spitter, een paar nieuwe hutten der op anëtrokken!" zegt een vierde tot den bezitter van dien naam, die zin in het eigen park eiken heeft, waar deze nota van neemt. "Nou, dat geet er op los hoorje! Jan Spitter, zel 't ons allemæl te kwæd maken."

Alle vrouwen kwamen 'r bij staan met bange gezichten. De kolendrager kreeg kippevel. Want de sultan stond razend te vloeken, om 'n zwarten veeg op 't gezicht van de vrouw met 't goudhaar. "Verdikkie, hoe kom je d'r an?" "'k Weet 't niet"... "Zel je niet liege?"... 'n Mes trok de sultan. 'n Mes van zilver, dat blonk als 'n spiegel. Ze gilde en schreeuwde.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek