Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 mei 2025
"Ja; want het is mij niet mogelijk, mij te houden aan onze afspraak. Mevrouw Smith heeft van morgen het overwicht van haar rijkdom doen gelden tegenover een armen afhankelijken bloedverwant door mij voor zaken naar Londen te zenden. Ik heb zooeven mijn opdrachten in ontvangst genomen, en Allenham vaarwel gezegd; en bij wijze van vertroosting ben ik nu komen afscheid nemen van u."
"Ik dacht niet," zeide de Predikant, terwijl hij de vochtige oogen ten hemel hief, "dat, toen ik mij bewegen liet om den Heer Baron naar deze plaats te vergezellen, alwaar ik tevens de hoop koesterde van een drukker te vinden voor mijn werk over Psalm CXLVII, mij hier zulk een treurige plicht verbeidde als het vertroosting bieden aan twee deerniswaardige gevangenen, waarvan de een mijn vleeschelijke, en de ander, zijnde mijn leerling, mijn geestelijke zoon is."
Mij snijden andre bitterheên En wreeder smart de ziele door, Tot haar vertroosting, 'k bid u, leen Mijn droefheid een gewillig oor; En zoo me in u geen vriend verscheen, Die hulpe biedt, ten minste hoor! Crabbe.
Er is, Gode zij lof, nog een kring op aarde van lieden, onder wie goedertierenheid gekend wordt; die zich ontfermen over een ellendige; die den hongerige niet zonder brood van hun deur wegzenden; die bij het zien van anderer smart zelven smart gevoelen; en het weenen met de weenenden verstaan. Engelen der vertroosting, die ge meest onder de geloovigen, maar toch ook onder de ongeloovigen vindt.
Dit zeide ik is een valsche verklaring, want de Apostel leert niet ter aangehaalde plaatse, dat men zijn zonden aan een kerkelijk persoon moet belijden ten einde daarvan vergeving te ontvangen; maar hij spreekt uitdrukkelijk van een belijdenis, die men elkander moet doen, dat is de eene geloovige aan den ander, en vooral van die zaken, waardoor de liefde des naasten verbroken en twist zou ontstaan zijn: zoodat het in de meeste gevallen niet alleen geoorloofd, maar zelfs noodzakelijk en plichtmatig is, in het hart van een getrouwen vriend, van een man van ondervinding, vooral van een evangeliedienaar, zijn geheime gedachten en verrichtingen uit te storten, ten einde raad, hulp of vertroosting te ontvangen.
't Was droevig te hooren hoe het wegstierf en veranderde in een luid geweeklaag. Al de moede pelgrims begrepen immers, dat hun tocht vergeefsch was. Hun kwellingen en lijden zouden niet van hen genomen worden. De schoone verwachtingen der laatste hoopvolle dagen werden ruw in hen gedood. Het heilige beeld zou hun geen vertroosting kunnen schenken. Pater Gondo zelf was ook verschrikt.
Maar vreemd: midden in zijn triomfeerend denken, dat werd aangehouden door het rythme van zijn veerkrachtigen tred..., terwijl nog zijn verbeelding, in leed-vergeten vreugde, die verre Zondagen met het heden verbond..., had die eene, maar half bewuste, gedachte, naar 't Park te gaan, zijn ziel opnieuw doortrild met den weemoed van vergane smart; de heugenis dier latere Rotterdamsche jaren, die op den schooltijd waren gevolgd was er door wakker geroepen.... Die tijd, toen al de praktische plannen, die zijn moeder en zijn oom met hem gehad hadden, in heftige twisten waren stuk geslagen tegen den muur van verzet, door zijn zelf-bewustzijn opgebouwd..., toen hij dan "schilder" was geworden en het geringschattend schouderophalen, den hoonenden glimlach te verduren gekregen had van alle menschen die hem lief geweest waren.... O, hij had hun vergeven, hoogmoedig...; maar hoe dikwijls ook hij wist het zelf alleen had hij zich gezegd dat ze gelijk hadden, was hij klein en angstig geweest, de kunst iets ontzaglijks in hooge dreiging boven hem.... Dan waren die dagen en nachten gekomen van diepe verslagenheid, bijna wanhoop..., van twijfel aan zich zelf, hoog-ijlend door zijn denkenszieke hoofd.... Hij wist nog zoo goed hoe 't geweest was dat pijnlijk peinzend ronddwalen 's avonds door de mysterieuze laantjes van het park-in-duister, langs de rivier, waar de kleine lichtjes pinkten maar ze gaven geen vertroosting en door den armoedigen schemer der buitenwijkstraten, langs steenen graven.... Dan afgetobd neerliggen in onrustigen slaap vol vreemde droomen, en ontwaken met gevoel van zorg en groote verantwoordelijkheid..., maar dan in-eens waar kwam het toch vandaan? dat overstelpend aandringen van nieuwe scheppingskracht, van vizioenen van werk, kunst-werk, dat hij aan kon, dat daar lag onder zijn greep, waar hij maar aan te beginnen had.... En dan het werken zelf, zijn lieve lust, het heerlijk verdiepte werken, het leven en innig samen-zijn met zijn werk..., en alles in zich voelen groeien en gedijen, de kracht, de liefde ... en het geduld....
Zij scheen door eene diepe smart ter neergedrukt en slechts onwillige ooren te leenen aan de woorden van vertroosting, welke de monnik tot haar sprak.
Het is al uitvoering van het éene lijdensprogram; maar vlak na dat lijdensprogram volgt in Gods Raadsbesluit het program van glorie en zegepraal. Door lijden tot heerlijkheid! De poorte des Heeren, waar Hij door moet treden, om in te gaan in den luister, die Hem beidt. Hierin lag voor den Middelaar, in leven en in sterven, naar ziel en naar lichaam, zijn eenige vertroosting.
"Een engel der vertroosting kwam en wischte met zijn' glimlach onze tranen af en zachtkens wuivend blies zij droomen in onze onbedorven kinderziel. "Heeft het leven dan zulke diepe sporen in mijn hart gegrift, dat de zaligheid der tranen voor eeuwig voor mij verloren ging?" Toen Tolstoi's jongensjaren begonnen, kwam voor de oudere broers Nikolaas en Sergius de tijd van ernstige studie.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek