Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 mei 2025


"Dan geloof ik, dat ik hem wel gekend heb," viel Veervlug in: "een mooije jongen, een beetje een fat; maar zijne handen gelijken veel op die zijner zuster." Torteltak moest, of hij wilde of niet, lagchen, en keek beurtelings zijne blanke handen en die van het meisje van Baveno aan. "Ja, gij kent hem," zeide de vrouw, met welgevallen de vrienden aanziende.

Lafontaine laat hier heel wat met hen voorvallen." "Zoo?" vroeg Holstaff: "is dat hier? Hoe heet deze plaats dan?" "De Wolfsbrunnen," zei de ander. "Een weinig poëtische naam voor zulk een hemelsch oord," viel Veervlug in. "En aan den anderen kant misschien weêr wel," zei Van Aartheim.

Met eene wandeling in de omstreken van het klooster en in het bezien der merkwaardige inrigtingen bragt men den morgen door. Veervlug vond het gepast van dit hoogste bewoonde punt der aarde een brief aan de zijnen te schrijven, die hij, om er een vrolijk denkbeeld aan te geven, in dezer voege eindigde: "Het is hier een eeuwige winter.

Wij moeten het echter tot eer van Veervlug zeggen, dat, in weêrwil van al zijne bespiegelingen en uitboezemingen, in zijn hart altijd nog veel gevoel overbleef voor hetgeen hem aan zijn vaderland verbond.

"Neen, Mijnheer! maar ik wil wel eens informeren." "Heb ik het plaisir Mijnheer Veervlug te zien," sprak een jong mensch, die digt bij een raam een nieuwspapier doorbladerde. "Veervlug o ja, Mijnheer!" zei de ander verwonderd. "Mag ik u dan dit papier uit naam van den Secretaris van Legatie te Frankfort geven?"

Met deze en dergelijke bespiegelingen kortte Veervlug zich den tijd, toen hij zichzelven en zijne vrienden moê geredeneerd had.

Ik zal er den kastelein eens over spreken; want ik voor mij ben nooit gids geweest op de ontoegankelijke rotsen van den Giessbach." Veervlug was terwijl beneden gekomen, met de noodige schrammen en bulten voorzien.

"Ik zou er maar een compres met azijn en water omleggen," zei Torteltak, "dan zal het wel schikken." "Wat beginnen zijne oogen raar te staan!" fluisterde Holstaff, zijne handen wringende, Veervlug in. "Drink een glas water," zei deze, terwijl hij zijn vriend den trap naar boven op geleidde, "dan kunnen wij meteen eens zien, of gij de watervrees soms ook al hebt."

"Als zij dan dood toch maar geloopen hadden," zei Veervlug, niet zonder dit gezegde nog al aardig te vinden. "Nu, die is goed, Jan!" zei Torteltak; "maar het stoof verduiveld in die menschendoos." "Dat komt," zei Joachim, "omdat het zeer warm geweest is en in geen vier dagen geregend heeft." Deze opmerking van Polsbroekerwoud was zeer juist.

Men praatte, lachte, morde en streek de knevels op. Veervlug was heel vrolijk, en dronk zijn tweede glaasje bitter, daar zij Loevestein voorbijvoeren, op Hugo Grotius, of, gelijk hij hem noemde, den Grooten Huig, die een type was van de harmonie der vijf faculteiten. Pols, als een oud student, riep: "Bravo!" De Luitenant van de koloniale troepen boog met een verbaasd gelaat.

Woord Van De Dag

vuistdreigend

Anderen Op Zoek