Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 juni 2025
Vóór ons aan den weg levert de watermolen bij Ahrweiler ons daarvan het bewijs. Daar zien we ook, hoe de hoogten meer samenhangende groepen vormen, en links bemerken wij op onze wandeling het klooster Kalvariënberg, een vroegere bedevaartplaats, nu een der beroemdste meisjesscholen, de kostschool der nonnen van Sint Ursula. Wij gaan verder naar Walporzheim met zijn beroemd wijnrestaurant St.
De geheele ziel dringt zich om één denkbeeld samen en is voor geen ander begrip vatbaar. De "Leeuwerik" was de naam, die in Marius' diepe droefgeestigheid den naam "Ursula" vervangen had. "Zie," sprak hij, in die soort van de redelooze verbazing aan deze geheimzinnige afgetrokkenheid eigen, "dit is haar veld. Hier zal ik vernemen waar zij woont." 't Was ongerijmd, maar onweerstaanbaar.
"Nu," vroeg Javert, "waar is hij?" De gevangene der bandieten, de heer Leblanc, de heer Urbain Fabre, de vader van Ursula of de Leeuwerik, was verdwenen. De deur was bewaakt, maar het venster niet.
Eene stokoude non verscheen bij het kijkschuifken, en ziende, dat het eene geringe burgervrouw was, die aangeklopt had, deed zij langzaam open en vroeg: "Wat moet gij hebben, vrouw?" "Is zuster Ursula in het klooster?" "Neen, zuster Ursula is uitgegaan; kom morgen weer."
Inplaats van hem zoo maar aan de deur iets te geven, nam ze den wel wat verlegen zanger mee naar binnen, liet hem eens lekker eten, deed nog wat in zijn zak en gaf hem verlof terug te komen zoo dikwijls hij wilde. Zij zou wel zorgen, dat hij geen honger meer leed, beloofde ze. Deze lieve dame was Ursula Cotta, de vrouw van Conrad Cotta, een van de voornaamste burgers van de stad.
"Och God, wat zijn dit voor leelijke beeldekens!" riep zij. "Men walgt van ze te zien; voor geen geld wilde ik er zoo een in mijn kerkboek!... Ik zal ze toch wel aan zuster Ursula toonen." "Zijn ze niet goed, zuster?" vroeg de bange moeder. "Foei, 't is schande zulke dingen te schilderen," was het antwoord, dat zij kreeg. En hiermede kon zij vertrekken.
Men hoorde niets dan de geruste ademhaling van den dronken ouden man, die sliep. Marius wachtte, in een angst die door alle omstandigheden toenam. Het raadsel was onoplosbaarder dan ooit. Wie was dit "meisje" dat Thénardier ook de "leeuwerik" had genoemd? Was het "zijn Ursula?"
De 11000 schone Britse vrouwen die schipbreuk lijden en in de handen van een wilde roverbende vallen, zijn ongetwijfeld verwant aan de H. Ursula en de 11000 Britse maagden die volgens de legende te Keulen de marteldood stierven.
Wanneer zij nu beiden op het aandringen van zuster Ursula eene teug wijns genuttigd hadden, bracht de non haren korf onder Quintens gezicht, zeggende: "Ho! ik heb nog al iets zie maar." Niet zoodra had Quinten zijn oog in den korf gestuurd, of hij hief zijne armen ten hemel en riep: "Goede Ursula, gij weet niet wat gij ons brengt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek