Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juli 2025
Als ik, omtrent donker van mijn rijwiel-rit terugkeerend, Kreels erf langs fiets, zie ik mijn zuster Trijn aan den ingang daarvan staan. Zij wenkt mij. Ik stap af. "Ga mee", zegt mijn zuster Trijn. Haastig stappend, brengt zij mij bij de mouw naar het kot, waarin de ronde vormen der biggen nog net zijn te onderscheiden.
En wanneer Kreel 's nachts heenging, en Trijn hierna haar leger opzocht, werd ik er niet meer wakker van. Maar zoodoende hadden dan nu mijn kameraad en mijn zuster "vaste verkeering" gekregen. Dit verheugde mij zeer. Ik zei tot mijn zuster Trijn het mag in de Kerst- of de Nieuwjaarsweek of daaromtrent geweest zijn , hoe schoon ik het vond, dat zij van Kreel was gaan houden.
Men noemt iemand: "Jan van Piet", of "van Pieten"; "Klaas van Trijn", of "van Trijntjes"; men spreekt van "Dirk den Schilder", "Jan den Mulder", "Willem den Slager"; men heet iemand "Klaas van den Molen", "Jan van de Brug"; en vooral in het Oosten en Zuiden van ons land duidt men iemand gaarne aan door den naam der hoeve, waar hij geboren is: "Zandhof Willem". "Kees van den Krom" is Kees, wonende bij een kromming van den weg, en in "Mottige Willem" dient de spotnaam als herkenningsnaam en is op weg naar den geslachtsnaam.
De grootmoeder was uit Purmerend bij haar thuis komen inwonen. De "arrestasie" moest men maar vragen, had haar grootmoeder gezegd; dan wist dominee het wel. Mijn zuster Trijn helpt vader elken dag de eenden voeren; maar ik niet. Ik ga veel uit fietsen, of ik maak opstellen. Ook lees ik veel in de krant.
Na dit gedaan te hebben, ging zij naarbuiten. Want zij wilde eens luchtscheppen. Zij ging alleen. Want haar vriendin was vertrokken met een jongmensch, dat de vriendin op wafelen wou tracteeren. Mijn zuster Trijn wandelde de Koemarkt af, en de mooie, stille laan, die naar den Purmerpolder voert, in. Onder een boom bleef zij even staan.
Na eenige oogenblikken zei moeder: "Onze Trijn zal thuiskomen." Toen legden vader en moeder zich gerustgesteld neer. Zij sloten weer vredig de oogen toe. En ik ook. Maar het duurde toch nog een minuut, voordat wij aan de klink der achterdeur hoorden, dat Trijn in huis kwam. Zij moest eerst Kreel nog "gedag-zeggen." Mijn kameraad Kreel had haar en haar vriendin thuisgebracht in een rijtuig.
Doch thans werd vaders voornemen uitgebreid tot een plan van nog grooteren opzet, tengevolge waarvan den anderen morgen niet alleen hij, maar met hem moeder stadwaarts toog, en ook mijn zuster Trijn. Terwijl vader zich liet inlichten, kon moeder dan met onze Trijn eens naar het gasthuis gaan. Mijn zuster Trijn was den laatsten tijd lang niet goed.
Zij roept de eenden op, en ze hobbelen van allen kant toe; zij schopt naar ze met den klomp, en ze waggelen naar allen kant weg. "Bijaldien" onze Trijn onze Trijn niet was, zou ons eendenbedrijf niet ons eendenbedrijf zijn, zoo getuigt mijn vader. Ik, daar nu tegenover, ben tot het eendendom niet nut, maar verstrek op mijn beurt het ouderpaar tot vreugde, dewijl ik zulke "gaven" bezit.
"Ik en ken dat mopsjen niet'," gaf ik ten antwoord; maar de roode kleur, die ik kreeg, zeide maar al te wel dat ik loog. "Heeee, fijnman, heeee! Kom dan toch, of we gaan alleen naar onze goede Trijn Blomzoetken!" schreeuwde Joost en gooide zijne muts in de hoogte, duikelde tweemalen over den kop, pakte Jan bij den arm en voort gingen ze.
Zoetemelk met roome, Jan Dirksen is mijn oome, Peet Trijn, dat is mijn bestemoer, Zoo gaane we mee op het leste voer. Het laatste voer is op de baan, Dat in den boer zijn schuur moet gaan. De luie boeren alleen hebben nog staan. En nog komt met Sint Joapik de boer handen te kort. Dit blijkt uit verscheidene zegswijzen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek