Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 oktober 2025
ASLAKSEN. Het is de publieke opinie, het verlichte publiek, de huiseigenaren en al de anderen; die zijn het die de pers regeeren. En al deze machten heb ik tegen mij? ASLAKSEN. Ja; het zou de ondergang van de burgerij zijn als uw verslag gedrukt werd. DR. STOCKMANN. Zoo.... BURGEM. STOCKMANN. Mijn pet en mijn stok! Je burgemeesterswaardigheid was van korten duur.
"Kun je me nu ook zeggen, of je een dwergje gezien hebt, dat hier van nacht rondloopt in de stad? Dat is een brutale rekel, en als ik hem maar te pakken krijg, zal ik hem wel mores leeren." En bij die woorden stootte hij zijn stok weer op den grond, en zag er vreeselijk boos uit. "Met uw verlof, Uwe Majesteit, ik heb hem gezien," zei de houten man.
Eindelijk liet hij haar los en gingen zij samen de zitkamer in. Zij deed hem op den stoel met den hoogen rug bij het raam neerzitten en nam hem zijn hoed en stok af. "Ga je nu ook niet zitten?" zeide hij, terwijl hij naar een stoel naast zich wees. "Nog niet," zeide zij, "ik moet je eerst eens goed aankijken."
Capitán Tiago beloofde de Heilige Maagd van Antipolo een gouden stok ten geschenke te geven. En ten slotte begon de koorts allengs, maar geregeld af te nemen. Doctor Espadaña was verbaasd over de geneeskracht van alteastroop en ijslands mos; want hij had verder niets voorgeschreven.
Die ontdekking werkte als een stortbad op haar woede. Zij bedacht, dat het niet verstandig zou zijn het aan den stok te krijgen met een man, die vijftigduizend francs aan zijn pink droeg. "Goed, mijnheer!" zeide zij dan ook; "als de arme Coco u last veroorzaakt, zal ik hem in de achterkamer zetten; op die manier zult u hem niet meer kunnen hooren."
Volgens Tolstoi's eigen woorden was in dien tijd zijn oordeel over menschen en dingen nog zeer oppervlakkig en lichtzinnig, hetgeen zijn broer Nikolaas hem zoo nu en dan liet voelen. Zoo kwamen zij eens op eene wandeling een rijtuig tegen waarin een heer zat, die met zijne beide ongehandschoende handen op zijn stok leunde. "Wat een poen," zei Tolstoi. "Waarom?" vroeg Nikolaas.
Dit was voor het eerst, dat zij toonde, hoe wanhopend zij wezen kon. Een oogenblik liepen zij zwijgend naast elkander door. Zij zag aan de heftige wijze, waarop hij zijn stok vasthield en af en toe er hard mee op de steenen sloeg, dat hij met zichzelf streed, doch langzamerhand werd de uitdrukking van zijn gezicht kalmer en zag zij weer den vasten trek om den mond, dien zij zoo goed kende.
In 1427 wordt een roofziek jonker te Parijs gehangen. Bij de terechtstelling komt een aanzienlijk ambtenaar, groot tresorier in dienst van den regent, zijn haat tegen den veroordeelde luchten; hij belet, dat hem de confessie wordt toegestaan, die hij vraagt; hij klimt scheldende achter hem de ladder op, slaat hem met een stok, ranselt den beul, omdat die hem naar de redding van zijn ziel vraagt.
U, bijvoorbeeld, Constantin Dimitritsch, u zou geen onrecht doen, ook niet tegen den geringen man." "Ja, ja ... vaarwel!" prevelde Lewin, ten prooi aan een levendige gemoedsbeweging, en zijn stok nemende, richtte hij zijn schreden huiswaarts.
Zij wilde zich op mij werpen, maar ik zwiepte haar. Hare klauw brak mij het lange zweeptouw. En zij lachte afgrijselijk... Maar ik zwiepte haar steeds en sloeg haar met den stok van de zweep. Haar klauwen voelde ik al in mijn rug. Ik greep haar bij den strot... Ja, nu worgde ik haar: ik voelde het. Goden van Eleuzis! riep ik. Staat mij bij...!!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek