Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 mei 2025
Bij dat gebaar hechtte een dwaallichtje, dat rondom hem fladderde, zich vast aan zijn vinger, en hoe meer hij het los wilde maken, hoe vaster het er aan bleef gehecht. Doch terwijl Nele beproefde Uilenspiegel los te maken, kreeg zij ook haar dwaallichtje aan de toppen heurer vingeren. Uilenspiegel sloeg op het zijne en sprak: Antwoord! zijt gij de ziel van eenen Geus of van eenen Spanjool?
"En als de wijn op is, dan halen we wat bij den Spanjool," riep Witte en dronk in eenen zijnen beker ledig. Het was of de Spanjaard geroken had wat er bij ons aan boord besloten was; want de vloot stelde zich in beweging en kwam recht op ons af. Don D'Oquendo was voorop! Eer de vijand nog één schot gedaan had, was Witte al aan den gang.
Werd hij niet eenmaal door den Spanjool gevangen genomen en gegeeseld? Heeft hij in de West-Indiën niet andermaal onder hen eene harde krijgsgevangenschap moeten verduren, en is hij daar niet twee volle jaren lang als een hond behandeld geworden? Maar wat spreken wij van hem? Hebben wij niet allen een vader, grootvader, broeder of vriend op hen te wreken?
Zijn groote mast was al over boord geslagen en zijn schip van alle kanten lek geschoten; vele van zijne matrozen waren reeds gesneuveld en aan ontzet viel er niet te denken. Hierop liet hij de overgeblevenen bij elkander komen en vroeg hun wat ze liever wilden, door den Spanjool gevangen genomen worden, of de lont in het buskruit steken.
Ik tuimelde en zou van den Heuvel af te midden mijner vijanden gerold zijn, had niet de "Spanjool" het gevaar ziende, mij bij den arm gegrepen en tegengehouden. "Je moet mij niet gooien, leelijke Spanjolen!" schreeuwde thans Witte uit al zijn macht, "ik zit hier maar te kijken! Wat doe-je mij zoo'n kogel tegen mijn hoofd te smijten?"
Hij bleef den Spaanschen Koning getrouw, totdat hij in 1574 in den Waterslag bij Hoorn gevangen genomen werd, en daar in de gevangenis van verdriet en ergenis stierf. Zijn zoon was in Den Briel gebleven en was een zoo heftig vijand van den Spanjool als zijn vader een groot vriend. "Maar wat is er toch met dien Reinier Claessensz. voorgevallen?" vroeg ik. "Jongens, hoort ge 't?
Zij zagen ons: het weer was bedaard: er werd een sloep uitgezet, en om kort te gaan, het leed geen half uur of wij stonden op het dek van het galjoen. Ik keek terstond uit, of ik "den Prins te Paard" ook zag; maar die was schoot gegaan, en ik moest alle gedachten opgeven, om hem vooreerst terug te zien, daar de Spanjool een verschillenden koers hield.
Marten sprak mij voor en dat trof mij zoo dat ik hem mijne hand gaf; maar juist toen ik wilde zeggen, dat ik nu niet meer boos en was, vloog er met vreeselijk geruisch een kogel door het groot marszeil en oogenblikkelijk daarop werd ons schip hevig heen en weer geslingerd, want de kapitein kommandeerde "vuur!" en de twaalf stukken, die we aan bakboordszijde hadden, gaven den Spanjool de volle laag.
Hoorde hij kwaad spreken van de inlanders, dan stemde hij, die zich niet tot hen rekende, dadelijk in met het koor en sprak nog erger kwaad; werd er kritiek geoefend op de Chineesche of Spaansche kleurlingen, dan kritizeerde hij hard mee; wellicht omdat hij zich voor een volbloed Spanjool hield.
Bij mijn degen! een schoone jongen, al is het een Spanjool!" Bouke kwam binnen met een knaapje van ongeveer twee jaren op den arm, dat luid schreeuwde en tegenspartelde. "Hier is hij, mijnheer; doch hij blaart als een kalf, omdat ik hem den helm heb afgenomen: 't was tijd, hij scheurde de veders aan stukken." "Bewaar ons, Hendrik!" zeide Mevrouw: "wat is dat voor een kind?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek