United States or American Samoa ? Vote for the TOP Country of the Week !


Voor haar was het, of het immer dezelfde edelsteenen waren, waaraan zij wrocht, tot ze een dag bemerkte, dat de stapel verminderde. "Nu is de vrijheid nabij," zoo ongeveer dacht ze, en fel klopte haar hart. Het was goed, dat zij zichzelf niet kon zien: ze was een stokoude vrouw geworden, tanig en rimpelig van vel. Grauw fladderde 't haar om haar voorhoofd, diep lagen de oogen in de kassen.

Het woud van kleine blaadjes in iederen machtigen iepenboom, aan den grijzen weg, kromp ineen, fladderde als millioenen vogelenvleugels, samen, buigend en wenkend, warrelend in angst. Het kind kreet 't toen plotseling uit, in lange frissche geluiden uit de jonge keel, zijn gezichtje wrong zich samen, verschrikt voor het naderende leven.

Is er iets bij hem gevonden? zei Dorian voorover leunend en den man gejaagd aanziend. Iets waaruit je zijn naam kan opmaken? Wat geld, meneer, niet veel en een revolver. Daar was geen naam op of iets. Hij ziet er vrij fatsoenlijk uit, wat ruw. Ik geloof zeker een matroos. Dorian sprong op. Een machtige hoop fladderde door hem heen. Hij klampte er zich aan vast. Waar is het lijk? riep hij.

Het was hem of het bosch begon te leven, als met vele gezichten. Hij hoorde het getrappel van duizenden voeten, het doffe gemurmel van stemmen. Een groote fazant, met koperkleurige borst, fladderde door de takken boven hen. Na eenige oogenblikken, eindelooze uren van marteling, voelde hij een hand op zijn schouder. Hij schrikte, en zag om.

Tot nog toe was het uitzicht meestentijds beperkt geweest door golvende duintjes, deels met eiken kreupelhout beplant, waarvan de dorre takken nog hier en daar voorzien waren met de verschrompelde en saamgetrokken bladeren van een vorig seizoen, deels met berken, wier jeugdig lentegroen het oog verheugde, deels met enkele popelstruiken, wier aankomend blad in eeuwige onrust op den wind fladderde, deels alleen overdekt met krakend mos en geurige duinviooltjes: doch overal aan den benedenkant begroeid met welriekend pijpkruid, met donkere netelstruiken en andere ontelbare gewassen, wier verscheidenheid vooral in het eerste lenteseizoen de omstreken van Haarlem in den dos der vreugde kleedt.

Geel haar fladderde in den wind, groene zijde golfde achter haar en wilde oogen schitterden. Daar was zij! Daar was ze! Kevenhüller bedacht zich niet. Met wilde vaart stoof hij op de wonderbare toe om haar te kussen.... of te slaan.... Hij wist het zelf niet. Maar in ieder geval om haar te dwingen den vloek van zijn bestaan op te heffen. In die wilde vaart verloor hij zijn bezinning.

Hij had zijnen vogel weder in het oog gekregen, maar het dier fladderde van den eenen tak naar den anderen, als wilde het hem steeds verder van den weg lokken. Sander dacht aan niets dan zijne prooi en vergat dat de Schoone Zwerfster reeds over twee uren weder op weg moest. Twintig minuten nadat hij het riviertje overgegaan was, bevond hij zich reeds een goede halve mijl in het bosch.

De rook, die zich met doordringenden stank verspreidde, vervloog, de archivaris hief den slaaprok op en daaronder lag een smerige beetwortel. „Hooggeachte Heer Archivaris, hier breng ik u den overwonnen vijand,” sprak de papegaai, terwijl hij archivaris Lindhorst in zijn snavel een zwarte haar overreikte. „Uitstekend, mijn beste,” antwoordde de archivaris, „hier ligt ook mijn overwonnen vijandin, wees zoo goed om nu ook voor het overige te zorgen; vandaag nog schenk ik u als kleine tegemoetkoming zes kokosnoten en een nieuwen bril, want ik zie, dat die schandelijke kater uw glazen gebroken heeft.” „Mijn leven lang zal ik u dienen, hooggeëerde vriend en beschermer!” gaf de papegaai hoogst-voldaan terug, nam den beetwortel in den snavel en fladderde daarmede het raam uit, dat door archivaris Lindhorst geopend was.

Etienne, de voeten vast op de plank, bracht met een paar krachtige buigingen zijner beenen den schommel in beweging. Ah! Ik zie, je kan beter schommelen dan roeien! riep Marie. Zij ook maakte lichte bewegingen, en de schommel zwiepte al hooger en hooger, terwijl haar rokken door den wind opbolden, haar lange ceintuur fladderde, haar hoed afwoei en eenige haren in hare wangen warrelden.

Want de mannen der barricade hadden van twee ijzeren gasbuizen, die aan de eene zijde met ruigte en potaarde gestopt waren, twee kleine kanonnen gemaakt. Het buskruit werd niet nutteloos verspild. Bijna ieder schot trof. Op de straat lagen hier en ginds eenige lijken en plassen bloed. Ik herinner mij, dat een witte vlinder in de straat heen en weder fladderde. De zomer verloochent zich niet.