Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 juni 2025


Frits lachte, dat de tranen hem over de oogen liepen, en Marie nam Bijou, die met een schuinschen blik angstig naar oom Harmsen zag, op haar schoot en kuste zijn zwarten snoet, terwijl ze half knorrig, half lachend, zei: „Kom jij maar hier, m’n beestje; ik vind je lief, hoor! Stoor je maar niet aan oom Bullebak!

De fijne, langwerpige snoet, de vrij lange, smalle, met korte haren begroeide ooren, die voor de helft overeind staan en voor 't overige omgebogen zijn, de korte en strak gespannen lippen verschaffen den kop zijn eigenaardig, sierlijk voorkomen, en staan tevens in nauw verband met de afwijkingen, die in de ontwikkeling der zinnen waargenomen worden.

Met een vlugge beweging zijner linkerhand trok de jager den kop van zich af, gaf hem met zijn rechtervuist een slag op zijn snoet, en smeet hem toen op den grond. "Daar ligt hij!" riep hij, zich omkeerende, den hoofdman toe. "Laat hem vastbinden opdat hij, als hij weer bijkomt, geen kwaad meer kan doen." "Oef, oegh, oegh, oef!" klonk het van de lippen der verbaasde Roodhuiden.

De vergelijking waarop zij berust, bevredigt ons niet, omdat de kop van den Baviaan evenzeer een misvorming is van dien van den Hond, als de kop van den Gorilla dit is van het hoofd van den mensch. Het Bavianengezicht verschilt echter door zijn vooruitstekenden snoet zoozeer van dat van andere Apen, dat de door Aristoteles gegeven naam behouden kan blijven.

Wat zijn uitwendig voorkomen betreft, gelijkt hij op een Vos en wel het meest op den Fenek; men heeft hem zelfs dikwijls met dezen verward. Hij is echter aanmerkelijk grooter en hooger op de pooten; zijn snoet is veel korter en slechts de ooren gelijken op die van den Woestijnvos en zijn bijna even groot.

De romp van de groote Beren is ineengedrongen, die van de kleinere dikwijls slank, de kop langwerpig rond, middelmatig lang, met naar voren sterk versmalde, maar gewoonlijk recht afgestompte snoet; de hals is naar verhouding kort en dik; de ooren zijn kort en de oogen betrekkelijk klein. De voetzolen, die bij 't gaan over hun geheele lengte den bodem aanraken, zijn bijna geheel onbehaard.

Want ondanks zijn slanke, fijne gestalte is hij sterk, en zoodra het bijten begint, trekt hij partij van zijn grootte, houdt steeds den snoet boven den nek van zijn tegenstander, pakt dezen, zoodra hij zich verroert, stevig beet, tracht hem op te tillen, en schudt hem heen en weer, tot hooren en zien hem vergaan. Tegenover deze onaardige eigenschappen staan echter vele uitmuntende hoedanigheden.

Daar streek hij saus aan den snoet van den ouden hond, die hem liet begaan; van onderen op zijnen buik en aan zijne pooten maakte hij groote streepen met siroop. Hij stiet driemaal een grooten schreeuw en sprak: Sta op! sta op! ik beveel het, vuile hond!

Paf, daar lag hy, en David ook niet lui, als de blis er op, flink maar, zyn dikken kop afgeslagen: dat was zeker geen sukkelaars werk, meen ik. Hy was een Groot Generaal; dat klinkt je wat anders voor den snoet. Paulus? van Paulus moet je afblyven. Wat praat jy van een goddeloos huis? mogen de jonge Dames dan niet zingen, niet spelen, als zy maar wel oppassen en braaf zyn?

Het zijn schoone jongelingen, mijn lief, maar zoo schoon als jij is er niet een! Niet een is er, die heeft zoo een lieven kop, rood gepluimd, goud-omband en lotus-omkranst; niet een is er, die heeft zulke diep blikkende, blauwe oogen; niet een is er, die heeft zulk een zacht vochten snoet en zoo een roze, lange tong, of zulke lieve, lange ooren, die zoo aardig bewegen heen en weêr, heen en weêr!

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek