Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juni 2025


Toen zij het eens waren dat Snepvangers M. Boeykens onder vier oogen om raad zou vragen, zaten zij in de schemering te staren naar de poort van het krijgsgasthuis aan den overkant der straat. En toen het tijd werd om voor het avondmaal te zorgen, overviel hun voor de eerste maal het gevoel vreemden, ondergeschikten in dit huis te zijn.

Wie het voorstel opperde van buiten te gaan wonen is later nooit gebleken, maar zeker is het dat zij het roerend eens waren, 't Was heerlijk te denken, aan de koele buitenlucht, aan den schoonen hof, en zijn vruchten, en zijn bloemen! Op een stuk bouwgrond, waar enkel schrale dennen groeiden, door Snepvangers onlangs bij ongunstig verdieren aan zijn broek gehouden, zou het huis verrijzen.

Tegenover de zondagbezoekers gewaagden zij nooit van deze kleine onaangenaamheden, roemden maar voortdurend en opgewekt het onschatbare buitenleven. Het gebeurde menigmaal dat Snepvangers moedermensch alleen terugkeerend van het station tot waar hij bezoekers vergezeld had, zichzelf overtuigde dat zij gelukkig waren.

Snepvangers stak de straat over en ging tegen de oude deurlijst leunen, van waar hij aandachtig het waterspel van Sander gadesloeg. Ge speekt toch zoo vreeselijk veel, Sander, oordeelde hij vol ontzetting, is dat van 't smooren? Bijlange, niet, Snepvangers, ik kan speeken zonder smooren... ik kan altijd speeken als ik aan de deur sta. Maar waarom dan toch, Sander? Omdat mij dat amuseert!

Ja, groot plezier, vriend Snepvangers, want als ge het boeksken leest, dan neem ik u niet meer mee... En ik zal u leeren visschen zooals ik u heb leeren speeken, omdat ik u genegen ben... Kom, laat ons nu een boterhammeken eten, want er is niks zoo slecht als nuchter te blijven in de dauw van den Polder! Maar de lijnen?

Snepvangers knutselde in het tuintje, las andermaal de gazet van den vorigen avond, kleedde zich dan voor de wandeling. Zijn barometer gunde hij geen blik meer, in de stad was dat overbodig, en daarbij nam hij, uit louter voorzorg, haast altijd zijn zijden regenscherm mee.

Van garnizoen naar garnizoen had zij hem gevolgd en nu leefden beiden stillekens onder vreemde menschen. Snepvangers zag in hem een toonbeeld der voorname wereld. Hij zwoer bij de woorden van den Generaal, droeg ook handschoenen wanneer hij naast hem liep en knikte diepzinnig bij elk betoog.

En als er iets moest gebeuren moeten wij niet bang zijn, wij zijn toch samen. Ja, Snepvangers. Zij sufte en hij dronk. Hij bleef bloednuchter, herdacht zijn leven en telde de uren af die met slakkengang wegslopen... Eensklaps hoorde hij haar snikken en was erg ontroerd. Hij kuste haar verrimpeld gezicht.

De kiezers zijn stommerikken, oordeelde Snepvangers die zijn luchtkasteelen zag ineenstorten, er is niks mee aan te vangen... en daar heb ik mij voor opgeofferd, mijn tijd, mijn centen en mijn ambitie in gesteld, mij door de goot laten sleuren! ... Ja, wij hebben er ons voor opgeofferd, getuigden ook de vrienden.

Menheer Snepvangers, zei hij, ik ben te Antwerpen geweest, per fiets heen en weer, en 'k heb het genoegen u mee te deelen... Zeg het rap, onderbrak Snepvangers ongeduldig... Uw huis is onbeschadigd en uw familie stelt het naar wensch... Jongen, dankte Snepvangers ontroerd, als ik ooit voor u iets doen kan... door een vuur loopen... Dat is te warm, Menheer, schertste de Waard.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek