United States or São Tomé and Príncipe ? Vote for the TOP Country of the Week !


Als er ketterij in deze onwillekeurige uitwijding steekt, zoo wijt haar aan het boeksken van professor Geel, over: "Het proza" en vlei u met mij, dat hij de gedachten, er in aangegeven, uitvoeriger ontwikkelen zal. Ik loop, tot dien prijs, gaarne de kans zijner heusche teregtwijzing.

Korte beschrijving en klein Kronykje van Haarlem; een boeksken, waarvan mij in Boekenlijsten twee uitgaven voorkwamen, doch hetwelk ik nimmer gezien heb.

In de maand Junij 1642 is mij een boeksken ter hand gesteld, hetwelk is uitgegaan op naam van zekeren Claes Arentsz.

Maar 'k heb een boeksken gekocht waarin staat hoe men de verschillende vischsoorten moet vangen. Een boeksken? Geloof toch vooral geen boekskens! Kunt ge nu in een boeksken leeren visschen of zwemmen? De ondervinding leert het, Snepvangers... Gij hebt dat boeksken toch niet gelezen zeker? Wantrouwde hij. Neen, Sander, 'k heb nog geen tijd gehad.

De man, daarentegen, die, als vreemdeling in het dorp, van al dat gefeest en gejoel niets begreep, zette even wijd-verbaasde, bijna angstig oogen op. De ambtenaar van den burgerlijken stand overhandigde hem "'t boeksken", waarop hun huwelijk vermeld stond, en eventueel ook Later de geboorten van hun kinderen zouden aangeteekend worden.

Ik zal nog een weinig verhalen van Colevelt voorstellen, vermits hij in zijn boeksken spreekt van den grooten boezem; welke zaak ik reeds genoegzaam in het voorgaande heb afgedaan: ook vraagt hij, wie zal verzekeren, dat het bedijken van de Haarlemmer Meer goed gelukken zal? Is dit niet eene dwaasheid? het schijnt, of Colevelt wel van alles verzekering zou willen hebben.

En terwijl vedelde de veêler zijn veêl, hief de vinder het boeksken omhoog en kuste het en zeide; het was zijn gedicht en zijn kunst en hij behoefde het nauw in te zien want hij kende het wel bij harte en uit hoofd. En hij hoopte, God zoû hem vergeven de mesdade, die hij aan zijne redenen deed, en de wijsheid verleenen, groot, om zonder meswende van Gawein te zingen.

Gij kunt zijnen geest en zijn karakter uwe bewondering en uwe liefde, zijn levenslot uwe tranen niet ontzeggen. ~En gij, goede ziel, die den zelfden drang voelt als hij, laat dit boeksken uw vriend zijn;~ als ge door lot of eigen schuld geen naderen kunt vinden."

Ja, groot plezier, vriend Snepvangers, want als ge het boeksken leest, dan neem ik u niet meer mee... En ik zal u leeren visschen zooals ik u heb leeren speeken, omdat ik u genegen ben... Kom, laat ons nu een boterhammeken eten, want er is niks zoo slecht als nuchter te blijven in de dauw van den Polder! Maar de lijnen?

"Een gulden boeksken! een gulden boeksken!" zei de andere. "Hier, Caro!" Pols vond het ongepast dit discours verder voort te zetten, en door zijn gordijntje open te schuiven, kreeg hij aanleiding tot Dikhorst te zeggen: "Hoe vindt ge het uitzigt hier?" Dikhorst vond het mooi; want door een hoekspiegeltje kon men de geheele Papengracht, van Gravenstein af tot de Breedestraat toe, zien.