Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juni 2025


Het was echter een hachelijke onderneming, brieven of boodschappen over te brengen; want voor hem, die in handen der Spanjaards viel, was, bij zoodanige gelegenheid, geen genade te wachten. Onder deze omstandigheden liet Van der Does op zekeren avond in 't begin van Juli den wakkeren Roelof Arentsz. bij zich ontbieden.

Hopman Allertsz. had zijn woord gestand gedaan, en, met toestemming van den Waalschen Kapitein, den jongen Arentsz. aangenomen bij het vendel, dat ter beproeving van het ontzet van Haarlem werd opgericht.

"Ja!" zeide Berkheij, lachende: "dat is ook een extra saus, die de Hemel ons toezendt, en waarvan wij gebruik moeten maken. Maar wat is er aan de hand?" "Ik moet op een karrewei uit," antwoordde Arentsz.: "en daarin kunt gij mij helpen. De schuit van uw vader ligt nog altijd in de Vliet?" "Zoo doet zij," zeide Berkheij.

Aan de overzijde gekomen, kroop Arentsz. behendig aan wal, en terwijl Berkheij naar stad terugkeerde, sloop hij, de Vliet langs, door de weide, tot hij op de hoogte van de te Lammen opgerichte schans was gekomen.

't Is hoog tijd, dat daartegen gewaakt worde. Hoe is uw naam?" vervolgde hij, zich tot den trosknaap wendende: "gij zijt niet van hier, geloof ik." "Ik heet Roelof Arentsz., bijgenaamd 't Leeuwtje," antwoordde de knaap: "en behoor bij het vendel van den Kapitein Baselot."

't Was die van een soldaat van Valdez, die hier achter een wilg verscholen op de wacht stond. Men had 's morgens de voetstappen van Arentsz. in de natte klei bespeurd en, in het gegrond vermoeden, dat de persoon, die hier langs was gekomen, terug kon keeren, wachtposten uitgezet.

Hoe donker het ook ware, Arentsz. werd terstond twee dingen gewaar: vooreerst, dat een half dozijn Spanjaards op 't alarm afkwamen, ten anderen, dat Berkheij met zijn schuitje midden in de vest lag.

"Ik geloof niet een," antwoordde Arentsz.: "doch laat dat maar over aan mij. Ik zal wel de noodige voorzorgen nemen. Geef mij maar den last voor den wachthebbenden Hopman aan den toren van Bourgondië, dan zal ik de zaak wel verder beschikken."

"Best!" hernam Arentsz.: "dan zult gij mij daarmede van avond buiten de stad brengen." "Buiten de stad," herhaalde Berkheij verwonderd. "Ja! ik heb een boodschap van den Burgemeester voor.... om 't even wien. Ik moet door de Spaansche schansen heen, en morgen hier terug wezen. Wil je doen wat ik je vraag?" "Met genoegen," antwoordde Berkheij: "en dus moet ik je morgen nacht terug verwachten.

Tegen hoe laat?" "Te middernacht," antwoordde Arentsz.: "ben ik met het aanbreken van den dag niet terug, dan reken je maar, dat ik den Spanjool in handen gevallen en dood ben als een pier." "Kan ik niet meegaan?" vroeg Berkheij. "Onmogelijk," antwoordde 't Leeuwtje: "vooreerst is 't een zending, die mij alleen belast is: in de tweede plaats kan een er lichter doorkomen dan twee.

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek