Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 mei 2025
Ik mag het ook niet zien eten, want zelfs het zien van varkensvleesch moet ons een gruwel zijn; maar nu Omar en Osko niet hier zijn, heb ik ook geen verwijt te vreezen, als ik uit verkleefdheid aan u, Sihdi, hier stil blijf zitten. Als gij van den ham in uw mond steekt, zal ik mijn oogen dicht doen, of minstens ter zijde kijken. Onze gastheer bracht ham, worst, brood, peper en zout.
Ik behoef dus aan deze wakkere mannen niet meer uit te leggen wat van hen verlangd wordt. Neen, maar een toespraak wilt gij toch zeker wel houden, om ze meer aan te vuren, want dan worden zij onoverwinbaar. Die aanspraak zal ik houden. Is 't niet, Sihdi? stelde Halef voor. Daar ik zijn redenaarstalent kende, knikte ik hem bewilligend toe, en vroeg: Maar wie zal het krijgsvolk aanvoeren?
Door dezen ring liep een touw, aan welks einde twee lussen waren, wat wij al gezien hadden, toen Mubarek opgehaald werd. Sihdi, aan dat touw zal de gevangenbewaarder zich afgelaten hebben. Waarschijnlijk wel, Halef. Deze machinerie is met opzet hier aangebracht. Zou het spelletje, dat ze met ons vertoond hebben, ook al met anderen gespeeld zijn?
Buitendien schreeuwde hij zoo hard hij kon: Hajde, sa-usch kulibeden choriadscha tschapuk Weg, weg uit de hut, zoo gauw ge kunt! O Sihdi! wat zijt gij dom geweest! riep Halef uit. Gij hadt den kerel beet en laat hem weer ontkomen. Dat had ik eens moeten doen! Stil! viel ik hem in de rede. Wij hebben nu geen tijd tot verwijten.
Wij tuurden wat wij konden, maar trachtten te vergeefs een der in het bosch gevluchten te ontdekken. Ik haalde het touw naar ons toe en sloot het luik weer dicht. Zoudt gij denken, Sihdi, dat wij nu, zonder opgemerkt te worden, ons met dat touw naar omlaag kunnen laten zakken? vroeg Halef. Ja, zeide ik, want het is hier donker. Trouwens, wij zullen het wagen.
Wat zijn we dom geweest! zeide Osko. Ja, viel Halef in. Tot nog toe waren slechts enkelen van ons zoo dom, maar ditmaal houdt de Sihdi ons gezelschap. Wel, Halef, gij hebt volkomen gelijk, stemde ik toe. Maar hoor eens! Wij hoorden een woest gebrul voor de deur.
Ik wou ze zaten in de hel, waar ze veel gauwer zouden drogen dan in de keuken, vloekte Halef. Wat moeten wij nu doen, Sihdi? Hm! Dat moet overlegd worden. Ik meen, dat wij Er liet zich een stem hooren. Wij hadden de deur niet gegrendeld en iets aan laten staan, zoodat het licht naar buiten viel. Wie heeft je verlof gegeven om hier naar toe te gaan? Het meisje kromp ineen van schrik.
Het leidde mij door een woest, rotsachtig, kloofachtig dal naar een hooger liggend bosch, in welks weeken bodem ik hun spoor zeer duidelijk kon zien, zoodat ik minder scherp behoefde op te letten en dus sneller kon rijden. Al spoedig had ik hen dan ook ingehaald. Sihdi, ik wilde juist vragen, dat men op u zou wachten, zeide Halef. Wat hadt u vergeten?
Toen zette ik de fez op en Halef moest het tulbandddoek er om winden, zóó dat aan den rechterkant de franje afhing. Sihdi! daarmede bega ik een groote zonde! zeide hij verlegen. Alleen de rechte afstammelingen van den Profeet mogen deze onderscheiding dragen. Zal ik deze ontwijding kunnen verantwoorden, wanneer ik eenmaal over de smalle brug des doods moet gaan? Zeker! Maar ik twijfel er aan.
Degenen die wij voorbij kwamen, staarden ons met groote oogen aan, en die het verst af stonden, rekten hun halzen uit om ieder onzer bewegingen te kunnen volgen. De kleine Hadschi nam zijn zweep en baande zich, rechts en links daarmede slaande, een weg naar het kleine pleintje. Sihdi, geeft gij mij de kogels? vroeg hij. Neen, ik wil geheel zeker zijn van de zaak, om ongelukken te voorkomen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek