Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 juli 2025


Een rondeel van amoureuzen inhoud vinden wij in een gedicht "van den wilden man" dat uit deze eeuw dagteekent; begrijpelijker wijze wordt het rondeel, als voor den zang bestemd, hier "liedekijn" genoemd: Nu hoert hier dliedekijn, dat hi sanc met luder stemmen eer iet lanc: "Ic was wilt, ic ben ghevaen "ende bracht in mintliken bande; "dat heeft ene maghet ghedaen.

Schrik van gezet hebben?" riep de man. "Lieve schepsel, dat lijkt er niet naar. Hebben die kwajongens vanmiddag het alweer niet gedaan? Ik kan hen maar niet van het water houden; zóó ben ik de deur uit en zijn zij de straat op, of, jawel, op het Hoofd, op het Rondeel, op het Dok, op de Kaai, nu hier, dan daar, maar altijd om of bij het water!"

Hier op trad Maurits met Willem in de loopgraven, om een plaats tot een nieuwe batterye af te zien; ondertusschen komt een kogel zo sterk tegen de rondas, die Maurits voorgehouden wierd, dat hy achterover viel, doch zonder hem te quetzen. Den tweeden van July waren de belegeraars over de gragt, en wel 30 voeten onder het rondeel gekomen, daar de heele stad haar winst of verlies aan hing.

De belegeraars deeden alle afbreuk met hun geschut dieze doen konden; doch vorderden nochtans weinig, tot dat zy een poort met een brug, die na een rondeel liep, omverre hadden geschooten, eenige bolwerken ondergraven, en eenige gragten aldaar vulden, alles onder de bescherminge van 't geschut: dis deed de trouwe burgery gedwee worden, en begon naar verdrag uit te zien; overzulks zy Jan te Boer met brieven aan Prins Maurits en Graaf Willem uitzonden, om verdrag: wordende daarop weêrszyds gyselaars gegeven, en hielden op van schieten.

Al de passagiers lachten, behalve drie of vier, die op de beurs moesten zijn. "Ziede gek jong," grinnikte Gerrit: "Neen kammeroad," vervolgde hij tot den conducteur: "Noar 'en lozement." "Welk Hotel?" was de vraag: "Eerste, tweede, derde, vierde, vijfde klasse; Rondeel, Doelen, Munt, of mot je in de Nes....?"

Op het laatste blad van het bekende Hulthemsch hs. waaraan ook dit stukje ontleend is, leest men: "Dits een rondeel.... Vrou met eren... nacht. Bonghe, bom wordt in het Mnl. Wdb. verklaard met trom; maar in de Oudvl. Lied., no. 38 wordt van de snaren der bonghe gesproken. Vgl. Tijdschr. v. N.T. en L., XIV, 260 vlgg. Vgl. Oudvl. Lied., no. 56, 41, 45, 49. Boek III, c. 43.

Naar het schijnt, werd de "bonghe" ook wel "bom" genoemd en bediende men er zich van ter begeleiding van een zanger of zangeres . Het rondeel, een der lyrische dichtvormen die in de 14de eeuw in zwang kwamen, werd toen ook wel gezongen met muzikale begeleiding.

Drie dagen daar aan was de myn 30 voeten diep, en opgepropt met 5 a 6000 ponden buskruit, dat den 10de dito, des avonds, na het gegevene teeken, in brand wierd gestoken; waar door een groot gedeelte aarde, en alles wat 'er op was, in de lucht sprong, met wel 140 menschen; waar van twee in 't leger vielen, en de een noch leevendig: hier op vielen drie vendelen Schotten los, die straks meester van het rondeel waren, en alles, wat noch leevendig bevonden wierd, doodsloegen, blyvende daar in 't geheel wel 200 dood.

Woord Van De Dag

estes

Anderen Op Zoek