Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 juli 2025


Ze droeg een zwarte kanten kap en getafelde halfmouwen. Twee lange oorbellen rinkelden van weerskanten tot in haren hals. Ho! dat zal Romaan en Madeleen deugd doen, die brave komste van juffrouw Goedele.... Ik zei 't nog gisteravond bij mezelve: zou ze nu niet weten dat Wiezeken ziek is, en zou ze nu niet komen?... Maar ze komt. Dat is goed. Dat is goed.

Deze brief was van tante Olympe. Nieuws van Romaan, fluisterde Goedele, heel laag. Hare blikken schoven vluggelings over de zwarte onregelmatige letters, heel die brave, gebrekkige taal van 't oude wijveken, en stilaan geraakten hare oogen vol. Ze moest rap pinken om de tranen weg te duwen en verder klaar te zien. 't Was slecht nieuws.

Mevrouw Wilder lei een bankbriefken van twintig frank op de tafel, zeggende dat Goedele er zorg moest van hebben en 't niet nutteloos verkwisten en 't maar geven aan Romaan ten uiterste, indien het waarachtig noodig was. 't Kan ook gebeuren dat het niet noodig en is. Ze verdween, bijna onhoorbaar tertend, en zonder ommezien.

Geld winnen was overigens hare eenige vreugde; rijzekens had ze deugd aan hare moederschap ze was moeder van een zoon, dien ze Romaan heette, naar den naam van Albien's overleden vader. En Albien zelve gewende zich aan die eentonige dagen. Hij trok 's uchtends naar zijn bureel en kwam 's avonds terug en nam zijn zuinig maal in de koude eetkamer.

Ze wachtte een tijdeken en lager liet ze hare stemme zakken: Ik wou geerne dat ge eens ... ginder gingt ... bij Romaan.... Omdat Goedele met pijnlijke haastigheid haar gebogen hoofd ophief, deed ze alweer vluggelings achtereen hare woorden drillen, dof en eentonig: Ge moet niets vertellen van mij en mij achterna niets van hem vertellen. Ik weet niet waarom ik u daar doe binnengaan.

En ze prevelde nog: Morgen zal 't ten halve genezen zijn. Ze rechtte zich en zag omme binstdien, en Romaan stond daar, vóor haar, te staren, heinde weg, roerloos en zonder uitkomste. En ze merkte, zóo blootliggend op zijn aangezicht, zijn endelooze leed. En ze herhaalde met onzekere stem, om toch wat leven in dees bange geluchte te krijgen: Morgen zal 't ten halve genezen zijn.

Allengs smolt ook zijn ideaal met Ursule's doelen saam: ze moesten geld verzamelen. Rik sprak bij stonden ervan: We zullen 't ophoopen in stapelkens en nevenseen zetten en 't bekijken. 't En scheen hem niet belachelijk. 't Waren in zijn meeninge heerlijke plannen geworden. En gedrijen spaarden ze. Romaan werd door allerlei ziekten aangetast, vier jaar te rote.

Ik meen niet dat ze misdadig is. 't Ware in elk geval onwaarschijnlijk. Ja, zei Romaan. 't Is een slette, zei tante Olympe. Ameye lachte luid en stond recht. Hij trok zijn overjas aan en moest nu gaan nog een paar zaakjes afhandelen vóor den noene en morgen zou hij eens binnenloopen nog, rond den elven.

Tante Olympe sprak alle dagen daarvan. Ook had Romaan besloten dat hij verhuizen zou. De woonste was hier anders zoo onuitstaanbaar niet. Mariëtte zong niet meer, maar nu was Madeleen den ganschen dag door aan het zingen. Goedele vroeg: Mariëtte? Ze is vertrokken daags na Paschen, niemand weet waarheen. Haar vader is hier gebleven en alle veertien dagen krijgt hij geld.

Romaan, die dat pover bedrijf onachtzaam had bijgewoond, werd nu meteen getroffen door al dat groote verdriet. Hij kwam op een morgen bij de sponde staan en nam voorzichtig de beenderige handen van het wijveken. Hij sprak met aandoening, bad dat ze beteren zou, zich niet laten weghongeren alzoo en koeragie hebben. Koeragie, tante. Ze zuchtte. Ze vroeg: Koeragie?

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek