Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 oktober 2025


Hij rammelt met de zolderluiken, fluit een snerpend lied op een gebroken vensterruit of draait den windwijzer op het dak van de kerk heen en weer, tot hij steunt en knarst, zoodat de kraaien in den toren onrustig worden en eindelijk angstig heen en weer vliegen.

"Hoe gaat het u, Geoffrey?" zeide zijn vrouw, naar hem toe tredende, om hem met den vredekus te begroeten. "Ge ziet er goed uit. Maar wat hebt ge ontzagelijk lang werk gehad om u te kleeden. Die arme mijnheer Dunstan rammelt van den honger. Ge kent mijnheer Dunstan, geloof ik, wel. Doe maar op, Mary." Geoffrey maakte zijn verontschuldigingen dat hij zoo laat kwam, en gaf mijnheer Dunstan St.

Götz verschijnt voor gerecht en staat den raadsheeren met zijn gewone vrijmoedigheid te woord; hij wijst de keizerlijke genade af, als hij moet bekennen een rebel te zijn, als men weigert hem te zeggen, wat er van zijn vrienden is geworden. Nu op wenk van raadsheer de gewapende burgers binnenstormen, rammelt hij ze dooreen, ontneemt een hunner zijn zwaard.

Boven bij den ouden heer begon 't nu zeer levendig te worden en er werd zeer luid gesproken, en Frits Sahlmann, die onverstandige bengel, die juist bezig was de steenen pijpen voor den baljuw te stoppen, wilde nu toch vertellen, hoe 't boven toeging, en stoof, met het gansche pijpen-huishouden in de hand naar de keukendeur, waar Fieken juist heel aandachtig haar oor tegen aangelegd had, om er ook een beetje van te profiteeren, en bons! vliegt hij tegen Fieken aan, en klets! liggen al de pijpen op den grond, en 't rammelt door de keuken rond.

Wat ziet er alles op straat vies en grauw uit; 't is of de huizen grienen. Een vrachtwagen komt mij te gemoet, de remketting rammelt veel doffer dan gewoonlijk en de wielen maken een geluid als 't rad van een watermolen in de verte. De voerman heeft een blauwen kiel aan, die zwart ziet door de nattigheid.

En hier," zegt hij, en hij gooit wat op de tafel, zoodat het van binnen rammelt en klinkt, "en hier, molenaar Voss, is wel is waar niet de vos zelf en ook niet zijne huid, maar zijn valies!" "Wat moet dat?" vraagt de molenaar, en hij valt in allerijl op den mantelzak aan en gespt de riemen los. "Wat dat moet?" zegt Frederik, "dat moogt gij zeggen, dat is mijne zaak niet.

Vervolgens een leeg botervaatje uit den winkel en de koperen kettingen van de weegschalen, verder nog uit de keuken, de vijzel en de koffiemolen. Let nu goed op. Een van u lieve kinderen! moet het theeblad zachtjes heen en weerschudden, zoodat alles rammelt en rinkelt, nu eens hard dan weer zacht.

Uit de diepte der zee, en 't hart der aarde, uit den hemel, uit den hel roep ik hem hier, die 't getal der kavaliers moet aanvullen!" Daar rammelt het in den schoorsteen, daar vliegen de deuren van den grooten smeltoven open, daar komt de dertiende! Ruig van 't hoofd tot de voeten, met staart en paardenpoot, met horens en spitsen baard, en de kavaliers springen op met een kreet als ze hem zien.

Frits Sahlmann gaat, en nu zitten zij daar en vertellen elkaâr van den ouden en van den nieuwen tijd. Intusschen, wat mijnheer Droi vertelt, dat verstaat mamsel Westphalen maar heel slecht, en wat mamsel Westphalen vertelt, daar verstaat mijnheer Droi bijzonder weinig van. "Hij zijn bon!" zegt Droi en rammelt met de beide daalders in zijne hand.

Woord Van De Dag

sanktie

Anderen Op Zoek