Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 mei 2025
"Hè," zei Jan, "wat heb ik een spijt, als ik aan onze paling denk, die de visschers hebben meegenomen. Zoo'n prachtigen voorraad te hebben en dan toch nog platzak thuis te komen. 't Is onuitstaanbaar!" "Ja," zei Karel, "dat zeg ik ook. Kijk de pottenschipper eens aan 't hakken geweest zijn. Zijn schuit ligt rondom in 't open water." "Ja, anders vriest ze stuk," zei Jan.
"Zoo ja, dat kan wel," herhaalde hij. "En dat wil ik wel gelooven ook, maar ik dacht, de pottenschipper is iemand, die vodden, beenen, oud ijzer en dergelijke dingen opkoopt. Misschien kan hij me inlichtingen geven, die me een beetje op weg helpen. Want die dieven moeten gevonden worden, dat spreekt van zelf." "Juist, hoe gauwer, hoe beter," zei de pottenschipper.
Het bleek, dat het draad aan de ketels en potten daarmede precies overeenstemde. "Burgemeester," zei Flipsen, "de jongens, die op 't oogenblik onder 't raadhuis opgesloten zitten, zijn de stelers, en de pottenschipper is de heler. Ondervraagt u de jongens maar één voor één, dan zal u zien, hoe gauw zij door de mand vallen. Vooral Klaas Zwart." "Zoo zal het gebeuren," zei de burgemeester.
De pottenschipper richtte zich op. "Zooals ik zeg, jongens, ik geef voor dit zoodje niet meer dan vijf centen. 't Is maar een rommeltje. Voor goede kleedingstukken, die nog gedragen kunnen worden, geef ik natuurlijk heel wat meer, en voor ijzer, zink, lood en wat dies meer zij, wil ik je zelfs wel guldens betalen in plaats van centen." "Ja, maar dat hebben we niet," zei Frans.
"Juist, juist," zei Flipsen met een onmerkbaar lachje om zijne lippen. "Nu jongens, zoekt maar goed. Er zal hier of daar nog wel wat te vinden zijn." Hij liet de jongens staan en ging naar huis. Maar hij lachte inwendig van pret, want hij twijfelde niet, of hij was thans de daders wel degelijk op het spoor. "De pottenschipper," mompelde hij tusschen de tanden.
Niet zoodra verscheen Klaas Zwart in de burgemeesterskamer, en zag hij daar den pottenschipper staan naast de potten en ketels, die uit het water waren opgevischt, of hij begon over al zijne leden te beven, en de tranen sprongen hem in de oogen. "Kom nader," gebood de burgemeester. Klaas kwam tot vlak voor de tafel, waarachter het hoofd der gemeente in een leuningstoel gezeten was.
Zijne oogen dwaalden onderzoekend in het kleine vertrekje rond. "Dag Flipsen," was het antwoord. "Kom binnen. Wat is er van je dienst?" "Dat zal ik je zeggen. Er zijn ijzeren potten en verscheidene ketels gestolen uit de tenten, die op het ijs staan." "Is het waar?" vroeg de pottenschipper. En hij liet er op volgen: "Wat zijn die menschen onvoorzichtig, om zulke dingen 's nachts te laten staan.
Dank je hartelijk!" De veldwachter stond op. Hij begreep thans zeer goed, dat de pottenschipper òf totaal onschuldig was, òf dat deze te slim was om zich te laten uithooren. Hij zeide dus: "'t Spijt me, dat u me geen inlichtingen kan geven. Mag ik nu de schuit nog even van binnen bekijken?" "Wel, nu nog mooier!" riep de schipper boos uit. "Wou je mijn schuit doorzoeken?
"We kijken maar even, of er paling zit!" riep Jan terug. "Dat wil ik niet hebben!" hernam de pottenschipper. Hij klom op de schuit en stak dreigend de vuist op. Maar Jan zei tegen Karel: "Wij doen hier volstrekt geen kwaad. Laat hem maar praten." Zij stoorden zich verder aan den schipper niet en keken in de diepte. Zij waren nu dicht bij het roer gekomen. "Kijk, daar zit er weer een!" zei Jan.
Vond ik geen vodden en beenen, dan wist ik wel wat anders te bemachtigen. Ha, ha, als je maar slim bent en zorgt, dat de menschen 't niet zien." Frans en Klaas keken hem vragend aan. De pottenschipper legde zijn wijsvinger tegen den neus, en knipoogde tegen de jongens. "Och wat," zei hij, "als je 't slim weet te overleggen, is er nog genoeg te vinden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek