Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 mei 2025
In Wouter's jeugd was 'n sigaar nog altyd 'n zeldzaamheid, en ik maak me dus hier schuldig aan 'n gelyksoortige verkrachting van de waarheid, als Virgilius die Dido laat hofmaken aan Aeneas, en als Florian die Zoroaster tot leermeester van Numa Pompilius aanstelt. Zoo, wou jy hier in den handel komen? vroeg Motto, toen-i 't oude vrouwtje geëxpedieerd had "met 'n snuifjen uit den pot toe."
In 80 wordt de stad romeinsch municipium, gaat eerst achteruit, en begint eerst weder tot bloei te komen sedert den tijd van Augustus. Bij de uitbarsting had ze ongeveer 25.000 inwoners. Pompeiopolis, latere naam van Soli. Pompelo, Pompelon, hoofdstad der Vascones in Hispania Tarraconensis, thans Pampeluna. Pompilii, een weinig bekend geslacht. Over koning Numa Pompilius zie Numa.
Onder de Catilinarii komt ook een Pompilius voor. Hij heeft nooit naar eenig ambt gedongen. Te Athene, waar hij een tijd lang verblijf hield, richtte men standbeelden voor hem op. Hij stierf in 33, 77 jaar oud. Van zijne werken is niets overgebleven. Hij schreef o. a. annalen in het Latijn en eene geschiedenis van Cicero's consulaat in het Grieksch. Hij was consul in 17 n.
Twee jonge knapen wilden hem oprichten, doch daar zij hem te zwaar vonden, stelden zij hem recht tegen den muur en daar begon Pompilius bitter te schreien. Het volk kwam rond hem staan; de vrouwen gingen neusdoeken van fijn, helder lijnwaad halen, wischten zijn gelaat af om zijne tranen als reliquieën te bewaren, en zeiden tot hem: "Mijnheer de Sant, wat hebt gij het warm!"
Pompilius, sprak Uilenspiegel, al die moeite en schrik zijn onnoodig: neem de sleutels nog eenmaal; ik zal er van maken hetzelfde model en de andere zullen wij gerust laten liggen op den buik van den goeden proost, onzen heer. Dat is een goed gedacht, zeide Pompilius.
Zij ziet hem uitdagend aan en fluistert, of zij een staatsgeheim verried: »Als er twee lichten branden, Arnold! dan ga ik heel bedaard naar de achterkamer, en wacht tot de visite is afgeloopen!" Van Reelant lachte van ganscher harte. Plotseling vraagt hij: »Suze, ken je de geschiedenis van den Romeinschen koning Numa Pompilius?" »Ik geloof, dat ik ze alweer vergeten ben!"
God weet welke Paus zyn schrift onder de oogen krygen zou! En zelfs ... welke roover! En de stad-zelf! De stad van Caesar, van Romulus en Remus, van Numa Pomp ... 't is waar ook, waarom heette z'n hoogste onderpatroon: Pompilius? Ja, mannetje, naar Rome! Dat dacht je niet, hè? N...e...e...n, m'nheer! Hi, hi, hi, naar Rome! Hoorje wel, Pompile, hy dacht niet dat die brief heel naar Rome ging!
Als Uilenspiegel den klokluider zoo gezond, zoo dik en zoo vet zag, vroeg hij hem of het in den dienst van den proost was, dat hij al die gezondheid opgedaan had. Ja, mijn zoon, antwoordde Pompilius; maar doe goed de deur toe, want men zou kunnen luisteren.
De priesters zongen een lofzang aan de Heilige Maagd: Si de coe ... coe ... lo descenderes O Sanc ... ta ... ta ... Ma ... ma ... ria. Want hunne stemmen beefden wegens de krieuweling die onuitstaanbaar werd; maar zij krabden zich bedektelijk. Doch de deken en de vier dragers van Sint-Maarten krabden hun vel vaneen. Pompilius hield zich stil op zijn arme beenen, die 't meest van al jeukten.
Egeria, Aeg., Egeria, Aig., orakelgevende bronnimf, die gehuwd was met Numa Pompilius, en volgens wier voorschriften Numa de godsdienstige aangelegenheden regelde; na zijn dood vluchtte zij naar Aricia, waar zij van droefheid in een bron veranderde. Zij was eene beschermgodin van Rome en werd vooral door zwangere vrouwen aangeroepen. Zij had een heiligdom voor de Porta Capena en een te Aricia.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek