Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 juli 2025


"De geheele toedracht der zaak is doodeenvoudig," zeide ik, op een toon, zoo kalm als mij maar eenigszins mogelijk was aan te nemen: "indien UEd. aan Mejuffer of mij vergunt, u te verhalen al wat sedert onze komst te Amsterdam heeft plaats gehad, zal het u niet bevreemden dat zij, door den uitersten angst gedreven, mijn raad heeft ingenomen, als van den eenigste, op wien zij wist te kunnen vertrouwen.

Dezelfde stilte: maar haar lieve vingertjes begonnen te beven, alsof zij bespeurde, dat ik weldra duidelijker spreken zoude. "En gij, Mejuffer!" vervolgde ik, niet minder bevend: "gelooft gij insgelijks ... ik meen: zoudt gij gelukkig kunnen zijn ... zonder rijtuig ... zonder al die gemakken, waaraan gij thans ... aan het huis van uw oom ... gewoon zijt geraakt?"

"Wij kwamen u halen, Mejuffer!" zeide de Heer Blaek, op een toon van ontevredenheid, welken de omstandigheid eenigszins wettigde, en zonder eenige de minste notitie van mij te nemen: "niemand wist waar gij heengestoven waart." "Ik was ... ik zat hier te lezen. Oom!" antwoordde het lieve meisje, beurtelings rood en bleek wordende: "het regende zoo, en...."

"Niet, Mejuffer!" zeide ik: "dan moet ik des te meer mijn vrijpostigheid beschuldigen, van u door mijn bijzijn nog grooteren last te veroorzaken." "Verschoon mij," hervatte zij, zich herstellende: "mijn vader heeft u, geloof ik, reeds gezegd, dat die last niet noemenswaardig is.

"Gij kent mijnheer Reimond, niet waar?" "Neen, mejuffer." "Gij ziet hem toch dikwijls, vermits gij van het dorp zijt?" "Ik heb hem nooit gezien, mejuffer; en ik hoop, dat God mij zal toelaten, hem nooit te ontmoeten." Deze woorden, op eenen zonderlingen toon gesproken, verwonderden het meisje. "Wat wilt gij zeggen?" vroeg zij. "Ik begrijp u niet. Zijt gij vervaard van mijnheer Reimond?"

Ik zal mijnen oom over u klagen en hem zeggen, dat gij den spot met mij gedreven hebt." "Gij zult er den tijd niet toe hebben, mejuffer," mompelde Jakob. "Mijn arme meester heeft nog anderhalven dag te leven. Dan komt de zwarte man...." Eensklaps vertoonde zich een groote, ruwharige hond in de deur.

"Mijn oom heeft mij ontboden, hij zal verstoord zijn, omdat gij mij niet onmiddellijk tot hem hebt geleid. Ga, meld hem mijne komst." "Onmogelijk." "Uwe vrouw is redelijker dan gij: zij lacht insgelijks met uwe grillen. Zij schijnt verstandig en minzaam, en zal mijnen oom wel gaan verwittigen." "Hij is inderdaad opgesloten, mejuffer. Niemand kan hem naderen," antwoordde Peternelle.

Amelia scheen terstond mijn oogmerk met dit ontwijkend antwoord te bevroeden, en haastte zich te zeggen: "ja Mejuffer, ik heb aan uw Heer Neef verhaald, gelijk aan u, dat ik er ongelukkig aan toe ben, daar de Heer Bouvelt mij niet kon ontvangen, en ik niet terug kan keeren naar Deventer, uithoofde mijn familie van huis is: zoodat ik mij alleen bevind."

»Wel, wat heeft ze dan gedaan, het arme beest?" »Mijn peluw opgegeten." »Ha! ha!" »Toen ik wakker werd, wist ik niet waar mijn hoofd gebleven was, tot ik het eindelijk vond, veel lager dan waar ik het gisteravond had neergelegd. Zij heeft ons kussen opgegeten, wij drinken ons kussen terug." Toen, zich tot de koe richtend: »Op uw gezondheid, mejuffer, en zonder wrok."

Ik meende dan ook te moeten te kennen geven, dat ik geenszins de dupe der uitnoodiging van den Heer Bos geweest was. "Het spijt mij, Mejuffer!" zeide ik, "dat uwe woorden mij bevestigen in een vermoeden, hetwelk ik reeds als onwaardig had onderdrukt, dat namelijk uw Heer vader mij verdenken kon van hem te zullen verraden."

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek