Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 mei 2025
"Zeer juist!" merkte de monnik aan: "vrouwtje!" vervolgde hij tot Machteld: "waar hebt gij dien wonderdokter en zijn maat ontmoet?" "Zij zijn ons op den grooten weg achterop gekomen," was het antwoord. "Net zoo," zeide de nar: "wij kwamen van den Vogelesang." "Zwijg!" zeide vader Syard: "het wordt u niet gevraagd," en, zijn onderzoek voortzettende: "zijt gij met hen tot hier gekomen?"
Na de stad Brugge zich gans in de macht der Fransen had overgegeven, begon De Chatillon ernstig aan de begeerte der Koningin te denken; zij had hem geboden de jonge Machteld van Bethune naar Frankrijk te doen overvoeren.
Bij die uitroeping verliet hij de stoet, en liep naar zijn mannen; deze ontvingen hem met galmende gelukwensingen, en hielden niet op, door allerlei kreten, hun vreugde te kennen te geven. Breydel was nog enige stappen van de gelederen zijner beenhouwers, wanneer reeds de gehele uitrusting op de grond lag. Hij behield slechts het wapenschild dat Machteld hem aan de hals had gehangen.
Maar wie trok daar zoo hevig de klink van de voordeur des gestichts op? maar wie stapte daar zoo driftig over de gele klinkers van den binnenhof? maar wie ... ja, hij moest aan het huisje van oude Machteld zijn, zij zelve hoorde het duidelijk, 't was als kende zij die stem! "Moeije!
Het is waar, oude Machteld beweerde; "Hanna, ik ben nooit gehijlikt geweest, en ik heb er nooit over gekniesd; met Mei zal ik op het Hofje een kippetjes leven leiden, kind! wie wèl doet, wèl ontmoet," maar onze kennis, zij weêrlegde, noch zij beaamde die woorden. Zij beloofde slechts hare moederlijke vriendin trouw te zullen bezoeken, als deze op hare muiltjes zoude gaan.
Hoe kort zij haar rede ook afbrak, klonk het woord gevangenis echter zeer vreemd in de oren van Adolf. De tranen, die hij bij zijn ontwaken op 's meisjes wangen bemerkt had, gaven hem een angstig voorgevoel. "Wat zegt gij, Machteld?" riep hij. "De gevangenis van wie? Gij weent! Hemel! Wat zou er u gebeurd zijn?"
Machteld dorst niet antwoorden; maar Maria, die met meer voorzichtigheid begaafd was, bracht haar mond aan zijn oor en suisde: "De gevangenis van Philippa, haar moei spreekt er haar niet meer van; want zij weent geduriglijk.
Vastberaden verliet zij hare schuilplaats, en vertelde aan de mannen, wat er met de arme gravin was gebeurd. Hoe gelukkig waren zij te vernemen, dat Machteld leefde en door Anneken Soete en hare moeder liefderijk was verzorgd. Vier hunner keerden naar het slot terug om de gelukkige tijding aan graaf Boudewijn mede te deelen en eene draagkoets voor de gravin te halen.
Hij had geen open noch diepe wonden, maar wel menigvuldige kneuzingen; de martelpijnen, welke dezelve veroorzaakten, hadden hem een gevaarlijke koorts, die hem moest wegrukken, gebaard: maar de tegenwoordigheid van Machteld, de krachten zijner ziel verdubbeld hebbende, joeg de doodkoorts van hem, en zo ontsnapte hij aan het graf, dat reeds op hem gaapte.
"Zal ik Machteld deze troost verwerven. Zal zij haar vader zien, o God! En zal ik die heilige zending volbrengen? Hoe blij klopt mij het hart! De gelukkigste mens op aarde zit voor uw voeten, o Priester. Wist gij, wat heilvol ogenblik wat zuivere vreugd uw woorden mij doen smaken. Ja, ik zal de keten als een kostelijk halssnoer, met dankbaarheid ontvangen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek