Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juni 2025


De booze man liet de zakken in een van zijn groote booten dragen en liet zijn knecht, de sterke Mons, ze over 't water roeien. Kapitein Lennart had niet anders dan zijn leeg bootje te besturen. Maar sterke Mons kwam hem toch vooruit, hij was een meester in het roeien en buitengewoon sterk.

Ze lieten paarden en wagens achter op de plaats en trokken met zekere plechtigheid op naar het huis. Beerencreutz en Julius hadden kapitein Lennart tusschen zich in. "Word nu wakker, Lennart," zeiden ze tot hem. "Je bent nu thuis. Zie je dan niet, dat je thuis bent?" Hij deed de oogen open en werd bijna nuchter. Hij werd aangedaan, omdat ze hem thuis brachten.

"Zoo waarachtig als gij nu in uw laatste ure u in ootmoed voor uw God gebogen hebt, zoo waarachtig zal Hij u als een kind in de armen nemen en u doen ingaan in de heerlijkheid van den Hemel." De oude man geeft den laatsten snik en alles is voorbij. Kapitein Lennart buigt het hoofd en bidt. Allen in de kamer bidden onder zuchten en tranen. En als zij opzien, ligt de oude boer daar stil en vredig.

Wonderlijk scheen zij den oude toe, toen zij beminlijk en stralend in haar liefelijke schoonheid in den lichtkring van 't vuur trad. Zij vertelde hun, dat Gösta Berling sinds den dood van kapitein Lennart niet meer op Ekeby gezien was. Zij en haar dienstmeisje hadden in 't bosch heen en weer geloopen en hem dien heelen middag gezocht.

Kapitein Lennart, Gods gezant, kwam op een namiddag in Augustus in de herberg te Broby en ging in de keuken. Hij was toen op weg naar zijn huis "Helgesaeter," dat een kwart mijl ten noorden van Bro ligt, dicht bij den zoom van 't woud. Kapitein Lennart wist toen nog niet, dat hij een van Gods gezanten zou worden op aarde.

En in zijn woede begon hij aan de kransen en 't rouwfloers van de kist te rukken, maar toen riep Gösta: "Raak die kist niet aan!" "Zie eens hier! Zou ik die niet aanraken? Ja zeker, ik zal mijn vriend Lennart op 't veld gooien en zijn kransen vertrappen. Zie je dan niet, wat hij mij heeft gedaan? Zie je niet in welk een mooie grauwe koets ik rijd?"

Zij trokken haastig wat kleeren aan, maar ze durfden niet open doen voor al die mannen. Eindelijk werd de grendel van de deur gedaan en de vrouw des huizes trad zelf naar buiten. "Wat beteekent dit?" vroeg ze. Beerencreutz antwoordde: "Wij zijn hier met uw man." Ze duwden kapitein Lennart naar voren en ze zag hem aankomen, zwaaiend, dronken, met een misdadigersgezicht.

"'k Wou, dat de rogge tot zand in je mond werd en de aardappelen in steenen veranderden," riep hij toen, want hij was ten hoogste verbitterd, door dat ze 't koren wegrukten. Op 't zelfde oogenblik leek het, alsof kapitein Lennart een wonder had verricht. Twee vrouwen, die om een zak vochten, trokken er een gat in en er liep zand uit.

Toen vertelde kapitein Lennart aan de boeren, dat Sintram hem bedrogen had, maar wat hij ook zei, zij wilden niet anders gelooven dan dat er een wonder gebeurd was. Het gerucht hiervan verspreidde zich snel en daar de onontwikkelden van al wat wonderlijk is, houden, werd het een algemeen volksgeloof, dat kapitein Lennart wonderen kon doen.

Zij heeft zijn leuningstoel voor 't bed gezet en de kleederen er op gelegd, die ze zelf voor hem geweven heeft." Plotseling wordt het stil. Allen zwijgen. Niemand zegt het; maar allen weten het: "hij sterft." Kapitein Lennart slaat de oogen op, ziet rond en ziet genoeg. Hij ziet zijn huis, de menschen, zijn vrouw en kinderen, de nieuwe kleeren.... en glimlacht!

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek