United States or Romania ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar Sintram werd heelemaal niet boos. Hij had er niets tegen, dat er toespelingen werden gemaakt op zijn verbond met den Booze. Ja, toen namen zij kapitein Lennart weer mee naar binnen om hem een welkom toe te drinken. Daarna mocht hij dadelijk verder gaan. Maar 't liep slecht met hem af. Hij had zulke verraderlijke dingen in vijf jaar niet gedronken.

"Hij heeft God gezien," zegt de zoon en drukt den doode de oogen dicht. "Hij zag den hemel open," snikten de kinderen en de bedienden. De oude huismoeder legt haar bevende hand in die van kapitein Lennart en zegt: "de kapitein hielp hem door 't ergste heen." Hij staat verstomd. De gave van 't machtige woord, van de sterke daad is hem gegeven, hij weet niet hoe!

Maar nu ligt hij ook bewusteloos op het veld. Sterke Mons licht zijn plaat niet op om verder te stormen. Hij heeft den blik van dien man ontmoet, juist toen de plaat hem op den schedel viel en die heeft hem als met lamheid geslagen. Hij laat zich zonder tegenstand binden en wegvoeren. Maar in vliegende vaart gaat het gerucht over de markt, dat sterke Mons kapitein Lennart heeft doodgeslagen.

Zij gaf hun voedsel en vreugde; zij gaven haar honger en smart. De kavaliers hebben het schoonste landgoed in Wermeland bedorven. De kavaliers hebben voor kapitein Lennart de deur van zijn huis gesloten. De kavaliers hebben zorgeloosheid en dronkenschap onder de armen verspreid, zij hebben de gemeente van Löfsjö bedorven.

't Scheen dat het noodig voor hem was, kapitein Lennart uit den weg te werken, want kort daarna werd er tegen hemzelf een proces gevoerd, omdat men ontdekt had, dat hij kruit aan de Moren had verkocht in den oorlog van 1814. De menschen meenden, dat hij bang was voor de verklaring, die kapitein Lennart tegen hem had moeten afleggen. Nu werd hij vrijgesproken, bij gebrek aan bewijs.

Zij leken wel halfbevroren wintervliegen, die een warm hoekje zochten achter de kachel in 't donker. 't Was eenzaam en koud om hen heen geworden. Den vorigen dag was de doodsdag van kapitein Lennart geweest.

Als de landloopers aan de kleine hoeve komen, begint daar een vroolijk leven. Brandewijn en kaartspel en vreugdegedruisch brengen ze mee. En ze spreken van dieverijen en paardenhandel en van bloedige vechtpartijen weten ze te vertellen. Op Vrijdag begon de jaarmarkt in Broby en toen werd kapitein Lennart gedood.

"Wat zie je er uit," zei ze. "Ik had niet meer onder je oogen willen komen," antwoordde hij. "Ben ik dan je vrouw niet? Heb ik dan geen recht te verwachten, dat je bij mij zult komen met je verdriet? Met bittre angst heb ik deze twee dagen op je gewacht." "Ik heb immers kapitein Lennart ongelukkig gemaakt. Hoe zou ik bij je durven komen. Hoe kon ik dat?" "Je bent nooit bang geweest, Gösta."

Kapitein Lennart stond daar op den Brobyheuvel en meende, dat God hem misschien wel gebruiken kon. En zijn vrouw riep hem ook niet berouwvol terug. 't Moet gezegd worden, dat de kavaliers later volstrekt niet begrepen, hoeveel schuld zij hadden aan de hardheid van de vrouw van den kapitein. Sintram zei niets.

Men moest immers toezien of hij goed thuiskwam. Al die noodige dingen, die gekocht moesten worden moeten maar wachten, de marktgeschenken voor de kleintjes thuis worden vergeten, 't psalmboek wordt niet gekocht, de zijden doeken blijven liggen op de toonbank van den koopman. Allen moeten meegaan en zien of kapitein Lennart goed thuiskomt.