Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 juni 2025
Don Quichot, die zich dit vreemd gedrag niet verklaren kon, snelde haar na, riep haar terug, lichtte het vizier van zijn helm op, ontdekte zijn mager, bestoven gezicht en zeide met lispelende stem en onder eene diepe buiging: "Mijne edele en hooggeboren jonkvrouwen, vlucht toch niet zoo voor een ridder, van wien gij nooit in der eeuwigheid eenige oneerbiedige behandeling te duchten hebt, maar die veeleer bereid is, u ten allen tijde naar zijn beste vermogen te dienen en bij te staan."
De beide ridders, die door Cleomades verslagen waren, dongen naar de hand van twee dezer jonkvrouwen, en zij hadden de beleedigers uitgedaagd. Daar nu echter één van hen door Cleomades gewond was, waren zij niet in staat ten strijde te trekken.
Hem schoot als een bliksem de overweging door den geest, dat zij in des kasteleins Steen niet veilig waren en onmiddellijk in des vijands handen zouden vallen. Hij liep uit het gevecht, sprong in de kamer, waar de jonkvrouwen zich bevonden, en riep: "Gauw, gauw, volgt mij! Spoedig, of het is te laat!" "Ach, de arme Eggard, onze beschermer, onze verlosser!" riep Witta.
En toen wij rustten ons ten strijd, Toen zong ons hart van zaligheid, Wij hoorden 't krijgsgetier. Bij 't denken aan Orlando's smart Aan Felixmarte's ridderhart En den dood van Olivier. Als in de hooge koningszaal De ridders en jonkvrouwen bij het maal Een kostelijk lied verlangen, Dan komt des minstreels schoone tijd, Hij zingt van ridders en woesten strijd En zijn teedere minnezangen.
"O, God, en mijn arme broeder?" kreet Witta. "Wie kan het weten?" antwoordde Disdir op treurigen toon. "Een gedeelte onzer mannen zijn op den burg gevlucht. Of Robrecht behouden is of dood, dit is het geheim der duisternis." Witta begon luid te kermen; Dakerlia stortte stille tranen. "Gij moet mij volgen, jonkvrouwen; ik wil u in eene veilige schuilplaats brengen."
En toen zij Oriana aanschouwde, »kon zij niet gelooven, dat eenig sterfelijk wezen zóó verblindend schoon kon zijn.« Oriana en de andere jonkvrouwen werden ondergebracht in een toren van het paleis, dat de toovenaar Apolidon geschapen had, en op haar verzoek mocht geen ridder dezen toren binnentreden, totdat haar vader haar weder in genade had aangenomen.
Zoo even tastten die jonkvrouwen naar ander vleesch, naar koud vleesch! Ik zal nimmermeer klagen, zeide Lamme rechtstaande: haring is zalm, kort bier is malvezij voor vrije herten! Vive le Geus! En Uilenspiegel sprak: XI.
"Ik geef u meer dan mijn leven, en gij mistrouwt mij, als ware ik uw vijand." Dakerlia slaakte eenen zucht, doch antwoordde niet. "Eerbiedigt en bewaakt deze jonkvrouwen", gebood Disdir Vos. "Men volge mij!" Allen verlieten den Steen en daalden door de duisternis naar de Spiegelrei.
De bronzen bekleeding, die overal is aangebracht, is met kunstvaardige hand bewerkt; op het paneel van het portier stelt een fijn schilderstukje, door twee bekoorlijke jonkvrouwen gedragen, een schelp voor, waarin Neptunus reist, de koning der zee, terwijl de godin Ceres hem de eerste vruchten van de aarde aanbiedt.
De twee Jonkvrouwen omarmden zich met angstige tederheid en de tranen kwamen overvloediger op hun wangen. Het bittere vaarwel werd menigmaal herhaald en de omhelzingen dikwijls hernomen. Zij volgden eindelijk de overste tot in de gang. "O Mijnheer," riep Maria, "zeg mij toch waar gij mijn ongelukkige vriendin heenvoert?"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek