Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juni 2025


In den loop der jaren werden de bruiloftszangen gekuischter, verzwegen de zangers, wat niet meer gezegd worden mocht, en in 1824 zingt Spandaw in een »Echtzang«: »Gij wacht hier, bruidegom, geen dartle minnezangen, Geen cithertonen, waar Idalisch vuur in gloeit..«

Wie zelfs kan, met de hand op het hart, betuigen dat hij behoed bleef voor een nog veel grooter kwaad, aan hetwelk mijn bescheiden held zich althans niet bezondigde: het neerschrijven niet slechts, maar het aan den medemensen mee te slikken geven van de overkookselen zijner dichtaar? Die minnezangen nu aan wie waren zij gericht? Aan Marieken? Helaas! neen.

De liefde toch zoekt niet immer idealen, maar heeft wel knevels doen krullen en minnezangen doen vloeien voor oogjes, die vrij wat minder aantrekkelijks hadden dan die van Jeannette.

Nog niet bezoedeld door den dorst naar goud, trokken zij van feestzaal naar feestzaal, van kasteel naar kasteel, slechts denkende aan hun zending het verzachten van de zeden van een barbaarsche eeuw. Gij lang gestorven broeders van de minnezangen, Die voor uw loon een beker wijn en lof slechts hebt ontvangen, Gij leeft nog voort in 't hedendaagsche lied!

In de minnezangen der Mordwijnen is de voet de vrouwelijke bekoorlijkheid, die het meest geprezen en het vurigst bezongen wordt. Den voet tegenover een persoon van het andere geslacht te ontblooten geldt als een hoogst ongepaste sexueele daad en is zooveel als het symbool der sexueele overgave.

Justus, in wien waarlijk een dichter stak, zoolang hij maar geen poëet wilde wezen Justus was »in 't rijm vergaan"! Justus schreef minnezangen! Dit mocht voorzeker treurig heeten. Edoch, mijne vrienden! wie uwer, in eigen boezem getast hebbende, durft deswege den eersten steen werpen op mijn ondermeesterken?

Ik poogde het lastige katergebroed, van alle leeftijden en kleuren, te verdrijven; maar het gelukte mij niet, en alle nachten werd mijn slaap door de afgrijselijke koorgezangen dezer viervoeters, door het krijgsgeschreeuw en de minnezangen van katers en katten verstoord.

En toen wij rustten ons ten strijd, Toen zong ons hart van zaligheid, Wij hoorden 't krijgsgetier. Bij 't denken aan Orlando's smart Aan Felixmarte's ridderhart En den dood van Olivier. Als in de hooge koningszaal De ridders en jonkvrouwen bij het maal Een kostelijk lied verlangen, Dan komt des minstreels schoone tijd, Hij zingt van ridders en woesten strijd En zijn teedere minnezangen.

Abélard was de leraar en vogue bij de Kathedraalschool van de Notre Dame te Parijs, van hoge geboorte, schoon en elegant, met een innemende stem, literair ontwikkeld en muzikaal. Plato en Boethius, Virgilius en Lucanus lagen even vaak op zijn lippen als de woorden van de Schrift en zijn minnezangen vlogen op lichte populaire melodieën over het gehele »quartier Latin" te Parijs.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek