Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 mei 2025


Het gebeurt wel, dat een man, die een voldoend eigen inkomen heeft, een huis inricht in de kampong waar zijne vrouw bij hem komt inwonen. Maar ten eerste is zulk een inkomen een betrekkelijk zeldzaam voorkomend iets, daar een man verplicht is met het zijne zijn moeder en zusters bij te staan. En verder is ook onder de Minangkabauers het polygame huwelijk in zwang.

Ik heb een tooneel doen opslaan, waar ik met Gods hulp door mijn leerlingen een door mij geschreven stuk zal doen opvoeren, getiteld: "De geneugten van Mulay Bugentuf, koning van Marocco". Het zal prachtig gespeeld worden. Het zijn kinderen uit Penafiel en Segovia, die bij mij inwonen. Uitstekende acteurs! Over het stuk wil ik niet spreken, dat moet een verrassing blijven."

Ze bespraken dat boerinnetje rechts en links, met al de gissingen in het leven der aanstaande echtelingen en den toestand der oude hofstede waar ze gingen inwonen. En Filie, de oude jonkman, zat daar zelve bij en hij luisterde dat af, goêloos, met een onnoozelen monkellach zonder één weergekkend woord uit te laten. En de luide, jolige leute ging al hooger bij elke nieuwe spotspreuk.

Ik zelf, nog opgeruimd en krachtig, zette de anderen aan het werk; daar hadden we mijn jongsten broer Pierre, een oud sergeant; dan mijn zuster Agathe, die bij ons kwam inwonen na den dood van haar man, een flinke vrouw, sterk en vroolijk, wier lach weerklonk tot aan het andere einde van het dorp.

Ik zeg je, dat het je berouwen zal. Hoe heet die meid?" "'t Is geen meid; 't is een meisje." "Dat is hetzelfde; sommigen zeggen meid en anderen meisje. 't Is allebei goed. Hoe is haar naam?" "Ik zal hem je later zeggen; nu nog niet." "Ook al goed. Alleen als je gaat trouwen, zal ik verlatener zijn dan ooit." "Neen, dat zul je niet, want je zult bij ons komen inwonen.

Wel, is dat de zwarigheid? wagt, met je Vrouw, de occasie hier by my af: of wil zy niet by zo een knorrig man zo lang komen inwonen? Ik. Daar is geen woord over gesproken; maar ik ben wel verzekert, dat myn aanstaande Vrouw over haar Mans Vader dus onheusch niet zal oordelen; en ik bedank u by voorraad allerhartlykst voor deeze aanbieding. Hy. Waar is uw Broeder Cornelis? Ik.

Er waren eens twee broeders, die heetten beide Oege. De een was groot en sterk, maar zeer dom en lomp; de ander was een klein en nietig ventje, maar zeer leep en verstandig. Groote Oege was rijk, hij had wel dertig koeien, kleine Oege was arm, hij had maar eene koe. En zij hadden ieder een oude grootmoeder bij zich inwonen voor huishoudster.

Zij repte zich, toen Willem de knecht haar had opengedaan, als een wervelwind de ruime vestibule door, de breede wenteltrap op. Bijkans struikelde ze over Lientje en Nico, twee der kinderen van mevrouw Van Rijssel, haar oudste zuster, die, sedert zij van haar man gescheiden was, met haar viertal bij mevrouw Van Erlevoort was komen inwonen.

Ach God! jammerde meneer Bollekens, een bevende hand op zijn bonzend hart drukkend. De salondeur werd geopend en doodsbleek, met groote, zwarte schrikoogen verscheen de keukenmeid op den drempel. Meneer, er zijn er daar al twee en ze zeggen dat ze hier komen inwonen! verklaarde de meid, amechtig-hikkend. Wat moet ik er mee doen, meneer. Vader Bollekens gaf niet dadelijk antwoord; hij kon niet.

En de vraag, die ik haar, mijn persoon aangaande, nog wilde doen, kwam in 't geheel niet bij mij op het tapijt." "Dat zal ook een mooie vraag geweest zijn!" zeg ik, en beet van ergernis een stuk van het pijperoer. "O neen!" zeide mijn oom, "ik wilde haar alleen vragen, of zij goed visch kan koken; dan wilde ik bij je komen inwonen."

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek