Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 mei 2025
Van Jansen en Van Pietersen in het Hollandsch wezen zouden, als Von Schiller, Von Schumacher, Von Schweitzer in het Hoogduitsch zijn. Zie ook § 26. De boer, in zyne onnoozelheid, vatte dezen naam eenvoudig als een plaatsnaam op.
"Maar wat vertelde de koster toch met zoo veel opgewondenheid van Napoleon?" vroeg Pols "Die man sprak zoo schielijk, en zulk raar Hoogduitsch, dat ik hem niet best verstaan kon." "Gij hadt misschien liever gehad, dat hij wat meer Neêrduitsch had gesproken," grinnikte Veervlug. "Wel, de man vertelde, dat ook Josephine eens in dien stoel had gezeten, en dat Napoleon er toen naast stond."
Zoo ook Boneschansker, iemand te huis behoorende in de Boneschans, dat is een gehucht by de Nieue-Schans, op de groningsch-oostfriesche grenzen. Vervolgens Moltmaker; molt is de friso-saksische form van het hollandsche woord mout, hoogduitsch Malz; zie bl. 184.
Dit uitmuntend werk is door den zeer kundigen Steenbergen van Goor in den jare 1823 uit het Hoogduitsch vertaald en met vele belangrijke aanmerkingen voorzien.
In enkele verlatynschte geslachtsnamen schrijft men ook wel steeds eene é. In zulke namen, in Sandérus, Kuipéri, Kuipéres, Hollingérus, is die é al evenmin op hare plaats als in de goed nederlandsche. Uit het Nederlandsch verduitschte, of omgekeerd uit het Hoogduitsch half verdietsche geslachtsnamen komen veel zeldzamer voor als fransche bastaarden.
Sedert het begin dezer eeu, sedert Oost-Friesland een deel uitmaakte van het koninkrijk Hanover, en nog meer sedert de helft dezer eeu, en vooral sedert Oost-Friesland by Pruissen werd ingelijfd, werd by de Gereformeerden het Nederlandsch ook door het Hoogduitsch verdrongen, al bleef dan zelfs in de grootste oostfriesche stad, in Emden, nog tot voor weinige jaren, de nederlandsche taal nevens de hoogduitsche by de openbare godsdienstoefeningen in gebruik, en als is die taal daar nog niet volkomen uit de kerken verdwenen.
De oude Dame, met welke Pols wandelde, was zeer spraakzaam; maar zij sprak weêr zulk raar Hoogduitsch, dat de goede man een paar malen moest verzoeken de phrase te herhalen, en dan nog eindelijk even wijs was als te voren. Eindelijk luisterde hij maar toe, doch liet zich onvoorzigtig ontvallen: "Dat spreken van vreemde talen is toch verbruid lastig."
"En, vader," zoo sprak hij tot Witt, "als ik nu begin te praten, en als dan de ezelsooren uit de zeven kragen komen uitkijken, wat dan?" "Ja, oude," zegt de bakker, "daarin hebt ge gelijk; uit een varkensoor kan men nooit van zijn leven een zijden geldbeurs maken; maar je kunt immers den mond houden, of praat anders hoogduitsch; dat kunt ge toch."
De geslachtsnaam De Heus heeft volkomen den zelfden oorsprong en de zelfde beteekenis als Doosche. Immers »hoofsch" is in het Hoogduitsch höfisch, en ook de brabantsche en geldersche gouspraken geven aan de o van dit woord den gewyzigden klank: »heufsch". Van »De Heufsche" kwam »De Heusche" en, als hedendaagsche geslachtsnaam, De Heus.
Lamme raapte zijnen stok op, stelde zich te weer en riep: Ter hulp, Uilenspiegel! Uilenspiegel was daar met zijn kruismes. De Egyptenaar zei hem in het Hoogduitsch: Gieb mir Geld, einige Thaler. Zie, sprak Uilenspiegel, het meideken gaat schaterlachend henen en keert zich gedurig om, opdat men heur volge. Gieb mir Geld, sprak de man. Betaal uwe minnarijen. Wij zijn arm en willen u geen kwaad.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek