Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 oktober 2025


"Ja, en om mij te beknorren omdat ik ben weggeloopen," en het kind schoof dichter naar haar vader toe, op een wijze, die het voor ieder toeschouwer duidelijk gemaakt zou hebben, dat de betrekking tusschen haar en haar moeder eenigszins gespannen was. Effie had gelijk. Het duurde niet lang of er werd aan de deur geklopt, en Lady Honoria trad binnen, zoo bedaard en bleek en elegant als ooit.

Waarom dwingt ge mij er toe? Niemand kon weten dat mijn oom, die er zoo op gesteld was dat ik met u trouwen zou, op zijn leeftijd zelf nog zou trouwen en een zoon en erfgenaam zou krijgen. Dat was mijn schuld niet, Honoria. Als ge dat hadt kunnen voorzien, zoudt ge misschien mijn aanzoek niet aangenomen hebben."

O, neen, Geoffrey heeft het niet gekozen; die heeft wel over andere dingen te denken." "Gij moet wel trotsch op hem zijn, Lady Honoria," zeide de knappe officier van de Lijfwacht, met wien zij sprak; "men zegt dat hij een van de knapste mannen in Engeland is. Ik wenschte dat ik een vijftigste deel van zijn verstand had."

Daarom glimlacht zij zoo vriendelijk" dacht hij, "zij gaat morgen zeker heen." "Ik heb nog wat nieuws voor u, Miss Granger," ging Lady Honoria voort. "Uw bootje is aan land gespoeld, zeer weinig beschadigd. De oude schipper Eduard, heet hij, geloof ik heeft het gevonden; en uw geweer was er ook in, Geoffrey. Het was ergens onder de bank blijven steken.

"Aan wie hebt ge geseind, Geoffrey?" vroeg Lady Honoria. "Aan Miss Granger," antwoordde hij. "Ei! Ge houdt dus nog correspondentie met dat schooljuffertje?" "Ja, dat doe ik. Ik wenschte dat ik meer zulke correspondenten had." "Zoo! Ge zijt gemakkelijk te voldoen. Ik vond haar een van de onaangenaamste meisjes, die ik ooit ontmoet heb." "Dat bewijst dan niet veel voor uw smaak, Honoria."

"Als het slecht nieuws is, houd het dan maar voor u, want ik vermaak mij veel te goed dan dat ik mijn avond bedorven wil hebben." "Dat vertrouw ik ook wel van u, Honoria; maar 't is verduiveld goed nieuws, bijna zulk goed nieuws als iets voor uw wijsneus van een man maar wezen kan.

Dezelfde booze tong, die Honoria van het voorgevallene onderricht had, zou het waarschijnlijk ook wel aan anderen ontdekken, en hoe de afloop ook voor hem was, op haar zou de beleedigde moraliteit zich zeker wreken. Een smet zou op Beatrice's goeden naam kleven, haar betrekking zou zij verliezen, en het leven zou haar tot een last gemaakt worden.

"Twee honderd pond, negentien shillings en zeven pence, minus zeven-en-negentig pond aan kamerhuur en klerk," zeide Lady Honoria, met een smadelijken nadruk op de zeven pence. "Die som zal ik het volgende jaar verdubbelen, en het daarop volgende weer, en zoo gaat het voort.

"Ik dank u, mijnheer Dunstan," antwoordde Geoffrey koel, "maar ik ben niet gewoon zulke geschenken van mijn vr van mijn bekenden aan te nemen. Wilt gij een glas sherry? niet? Zullen wij dan maar weer naar Lady Honoria gaan?" Dit gezegde sloeg den plompen Sint, die het echter niet kwaad gemeend had, geheel ter neder; en een oogenblik later had Geoffrey er spijt van.

"Doe zooals ge wilt, Honoria. Misschien zoudt gij liever in 't geheel niet terugkomen." "Dank u, neen. Ik wil mij niet aan dwaze aantijgingen blootstellen. In Londen kom ik bij u terug, en dan zal ik mij maar weer in mijn lot zien te schikken. Ik heb, Goddank, geleerd, mijn ongeluk te dragen," en met dezen laatsten schimpscheut verliet zij de kamer.

Woord Van De Dag

arasbesken

Anderen Op Zoek