United States or Democratic Republic of the Congo ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Ja maar ik ben een klein meisje," zei de wijsneus. "Nou vooruit," zei Tony, die graag een held was in zusjes oogen. Voorzichtig sprong hij van den eenen steen op den anderen en kwam zoo een aardig eindje naar voren. Désiré stond aan den kant en blafte jankend. Zus klapte in haar handen van pleizier: "Gooi nou!" riep ze.

Zij had nu niets van een wijsneus, niets van een kleinen professor en zij walste heerlijk, heerlijk. Toen werd het hem of het leven niets dan éen zoete wals was.

Natuurlijk, ze is een jong meisje en ze maakt zich dus wat nuchtere ideeën van een wereld, die ze alleen uit den een of anderen slechten roman kent, maar ze kan toch zoo aardig praten over de parasieten, die op mijn geld azen. Dat heeft ze zeker ergens gelezen! Het is net een professortje... Ik zal haar voortaan professor noemen, die kleine wijsneus!

Wij zouden dus minstens een dag of twaalf moeten wachten, en dat is een onmogelijkheid. Er is op dit oogenblik niet meer in de kas dan een kleine driehonderd dollars; en dat loont de moeite niet." "En gij hadt zulk verbazend goed nieuws, hebt gij gezegd! Hadt gij dat dan gedroomd?" "Wacht uw tijd af, Heintje wijsneus!

"Miss Granger," zeide hij, "wilt ge mij vergunnen u een kleine zedepreek te houden?" "Ga uw gang" antwoordde zij. "Goed. Als zij u niet bevalt, moet ge het mij niet kwalijk nemen, en houd mij niet voor een wijsneus, als ik u zeg wat uw gebreken zijn, zooals ik die in uw woorden lees. Gij zijt trotsch en eerzuchtig, en de perken, waarbinnen gij u genoodzaakt ziet te leven, zijn u te eng.

Dat evenwel deze bijzonderheid, in de schatting der eenvoudige Clara, den genadeslag gaf aan den persoon van Gerrit Witse, dien zij zich nu onmogelijk anders voor kon stellen dan als den verwaanden wijsneus met de gele handschoenen van de promotie, spreekt vanzelf en wordt door een ieder gevoeld die aan neuswijze knapen en gele handschoenen een hekel heeft.

Daar gaan zij heen om het Haagsche Bosch te zien, "dat zoo heerlijk", en in het Scheveningsche Badhuis te eten, "dat zoo voornaam is", om daarna huiswaarts te rijden: mijnheer, met de zekerheid, dat hij morgen dubbel zal moeten werken; mevrouw maar half tevreden, omdat zij zoo weinig menschen gezien heeft; de zestienjarige, met den hopeloozen wensch in het hart om met een blooten hals en een gouden ketting te worden geportretteerd; en de wijsneus, veroordeeld om den geheelen weg over met den kleinen Schotschen engel op zijn knie te zitten.

Noord-Holland grenst ten oosten, ten zuiden en ten westen aan een water, dat, in volgorde, Zuiderzee, Y en Noordzee heet. Mijn zoon van de kweekschool zegt, dat dit Noord-Holland tot een eiland maakt; maar ik antwoord den knaap, dat Noord-Holland veeleer een kaap is. Want ik vind het Y niet breed genoeg, om een eilandgrens te vormen. Mijn zoon van de kweekschool is een wijsneus.

Groet de drie gezusters, de bloemenmeisjes van mij, vooral de kleine Stephanion, en zeg haar dat, tengevolge mijner tusschenkomst, haar langbeenige bruidegom haar in lang het leven niet zal verbitteren. Ja, nog iets! Neem dezen buidel met goud voor de vrouw en de kinderen van den Egyptischen wijsneus, die bij die geschiedenis het leven verloor."

't Verdriet van haar lief petekind ging haar echter na aan 't hart en daarom kwam zij den onverdragelijken wijsneus, die haar tranen had doen vloeien, eens gauw bestraffen. "Je weet dus niets, mijn kind?" zoo sprak zij 't kleine meisje vriendelijk aan. "Laat ik je ook eens een vraag voorleggen: zou je mij ook kunnen vertellen wat men moet doen om braaf te leven?"