Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juni 2025


Hij verklaarde dat hij den Goden dankbaar was voor de aangename verrassing, welke hem hier te beurt viel, en kuste de handen van Henriëtte binstdien. Hij wierp zijn rotting op een sofa en trok langzaam zijne handschoenen uit. Een witte krysantheem schaterde op zijne borst naast het tipje van een groen zakdoekje, dat daar even uitstak. Mijnheer du Bessy had een hooge kleur.

Het was een charmante avond; de geheele wereld had zich dan ook perfect geamuseerd. De stad is van u vervuld!" "Vleier!" zei Henriette, "maar ik weet," liet zij er op goedigen toon op volgen, "ik weet dat gij het goed meent." En zij reikte hem de hand. Hij nam die niet vervoering aan en trok haar naar de vensterbank.

Mijnheer Kegge dronk den dichter, en de dichter dronk den heer Kegge; en de heer Kegge liet de kurken van champagneflesschen tegen den zolder springen; en de heer Van der Hoogen sloeg met de platte hand op champagneglazen dat de wijn op nieuw begon te schuimen; en dit alles was ter eere van juffrouw Henriette Kegge. Ochtendbezoek en Avondwandeling.

Misschien kwam zulks hierdoor, dat ik niet kon nalaten in mijn geest gestadig vergelijkingen te maken tusschen haar en Henriëtte Blaek, wier uiterlijke, ofschoon minder regelmatig fraai te noemen, een zeker iets bezat, hetwelk mij meer behaagde.

Hier lichtte Henriëtte de oogen op en zag mij aan met een engelachtigen blik, maar terstond weder voor zich ziende: "ik durf mij vleien," zeide zij, "dat ik toen bedaard was en geen bewijs van opgewondenheid gegeven heb. Wat ik dus toen zeide...." "Blijft gij dat ook thans gestand doen?" vroeg ik, in verrukking, haar bij de hand vattende en mij over haar schouders neerbuigende.

Zelfs ook dan, al ontsloeg mij de Heer Bos van alle geheimhouding, wie zou de zonderlinge ontmoetingen, die mij in deze weinige uren overkomen waren, op mijn woord af verkiezen te gelooven. Doch, wat deed het er eigenlijk toe, of Henriëtte Blaek ons al of niet gezien had?

"Gij ziet het, Mijne Heeren!" zeide Lodewijk, toen ik ten einde gelezen had, terwijl hij zijn hoofd in de handen verborg: "ik ben de oorzaak van mijns vaders dood. Maar thans vraag ik u om raad, u, die tot nog toe alleen met het geheim bekend zijt, is er niets aan te doen om zijn nagedachtenis te sparen. Wat Henriëtte betreft, zij zal hebben wat haar toekomt, en meer dan dat."

En toen ik eindelijk, aan mijn lessenaar gezeten, mij tot den arbeid zoude begeven, zag ik mij opnieuw buiten staat om een behoorlijke oplettendheid te wijden aan datgene, waar ik mij mede bezig moest houden, en schenen de letters, die ik voor mij had, zich telkens te vereenigen om geen anderen naam aan mijn oogen voor te stellen, dan dien van Henriëtte Blaek.

Hij vond het echter geraadzaam het gesprek met dat "nu dan" en dat gebaar te sluiten, en ging zich onverwijld vóor zijn secretaire zetten, waar hij een mauve briefje schreef aan Henriëtte om haar "gerust te stellen" en een gearmoriëerd kaartje aan pastoor Doening om te beletten dat hij hem, net als bij het vorig feest, het vernederende bericht ervan mocht sturen.

"Lodewijk zou u een tegenovergestelde ondervinding voorwerpen," zeide Henriëtte: "hij is wel twintigmaal van 't paard gevallen en heeft, de hemel weet hoe dikwijls, met de sjees omgelegen; terwijl deze rampspoed de eerste is, die zijn jacht overkomt." "'t Is dan zeer gracieux van zijnentwege," zeide Suzanna: "dat hij die juist voor ons bewaard heeft."

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek