United States or Serbia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dan knielde hij bij den heerd en groffelde en rakelde met de ijzeren poke de heerdziele open en lei nieuwe lemen en kaf op 't vuur dat traagaan in dunne kuilkes begon op te rooken. Hij kuchte, kneuzelde en trappelde rond op de kloefen in de eenige keuken, knoterde onverstaanbare dingen tusschen zijne dunne lippen die gedurig overeen knabbelden.

Ze herdacht wel het vierkante huis ginder en hare ouders achter het hekken, maar vond het dan bij Ameye veel droever een woonste zonder heerd en altijd zonder geruchte. Hij bleef staan. Ze begreep niet waarom hij zoo aarzelend deed, waarom een groeve boven zijne oogen zichtbaar werd ten teeken van pijnlijk gemijmer. Ze praamde hem om door te stappen. 't Wordt noene straks. Ja.

Vader zat in de eetkamer aan 't dubben over nieuwe uitvindingen en het scheen haar dat hij zoo'n mooi-zoete hoofd had, zoo lijze haarkrullekens om zijne ooren en zoo kinderlijke blikken. Ze was hem nu sterk genegen en ze knikte hem toe. Hij glimlachte tegen. Moeder rustte in haren zetel, bij 't stille gekraak van den heerd.

Een klein houtvuur smeulde in den heerd, ter oorzake van de wakheid. Want bij wet en recht is het in Vlaanderen voorgeschreven, goed te zijn voor hen die moeten sterven, en hun brood, vleesch of kaas, alsmede wijn te geven. Maar de schrokkige cipiers overtreden dikwijls de wet, en talrijk zijn zij, die het grootste en beste deel van het eten der arme gevangenen achterhouden.

Ze bekeek al de stukjes eer ze binnen te moffelen met weifelende meening, in beraad of ze wilde uitscheiden of voortdoen heur lastigen maaltijd. En Odo merkte het niet omdat hij met 't zijne alleen bezig was en hij at met knappe beten gestadig voort, om gedaan. Als 't uit was deden zij hun dankgebed en namen hunne gewone plaats weer in bij den heerd.

Ze drongen binnen in de dorpen der menschen, en in de stallen en huizen zochten ze hun woning. "Et was in de tied van de zwatte dood, Op den Enscheder Esch was bittere nood, Op dree hofsteên alleen an den heerd glom vuur." En zij, die nog aan den brandenden haard zaten, waren bang voor het witte wolkje, dat zoovelen reeds had vernietigd.

Stille nam hij haren hoed en haren mantel, en ze moest seffens hare schoenen uitdoen en lederen slofjes aansteken. Waar ge warme pootjes mee houdt.... Ze waren alzoo geheel thuis. Ze gingen zitten bij den heerd en Johannes wakkerde 't vuur aan, zoodat de vlammen opkrulden en iedermaal een laaie klaarte deden opgloeien in de schemergrijze kamer. Ze zaten naast mekaar.

En nog zooveel te meer geschiedde dit als al die kinderen en kleinkinderen en verdere naneven by den ouden stamvader op de zelfde uitgestrekte state of sate, heerd of hoeve bleven wonen gelijk wel gebeurde of althans in de onmiddellike nabuurschap daarvan hunnen eigenen heerd grondvestten, zoo dat die geheele sibschap eerlang werd tot eenen afzonderliken volksstam, in een afzonderlik oord wonende.

Dezen, van schrik bevangen, vielen op de knieën, en 's avonds vertelden zij aan den hoek van den heerd, dat een engel verschenen was met een vilten hoed met fazanteveeren en heur allen gezegend had en dat hij, door bijzondere gunste van God, weggereden was op den ezel des toovenaars.

Het bleek heur zelf nu als een schendig misbruik van gewijd goed en ze blies 't licht uit en draaide de wassen keers weer weg. 't Speet heur dat lampke daar ook zoo lang en nutteloos te moeten laten branden. Ze ging nog verschillende keeren buiten staan en keerde maar binnen als 't haar te koud werd. Ze was zelf al wit besneeuwd en ze kwam de handen drogen bij den heerd.