Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 mei 2025
Hij meende zich zelven te zien, verouderd, wel niet juist zijn gezicht, maar volkomen gelijkend in houding en voorkomen, met dat borstelig haar, dien schuwen, onrustigen blik, met die kiel, juist zooals hij er uitzag op den dag, toen hij D. binnentrad, vol haat, en in zijn ziel dien afschuwelijken rijkdom van schrikkelijke gedachten verbergende, welke hij gedurende negentien jaren in het tuchthuis had opgezameld.
Dit blijkt alleen reeds uit de Definities van Liefde en Haat, welke men vindt in de Opmerking bij Stelling XIII van dit Deel. Immers alleen daarom worden die Blijheid Liefde en die Droefheid Haat jegens Petrus genoemd, wijl Petrus wordt beschouwd als oorzaak van deze of van gene aandoening.
In den hemel zal meer vreugd zijn over het beschreid gelaat van één zondaar die zich bekeert, dan over het witte kleed van negenennegentig rechtvaardigen. Zoo ge dat smartelijke oord hebt verlaten vol haat en vijandschap tegen de menschen, zijt ge medelijdenswaard; zoo ge het hebt verlaten met goede, liefderijke en vreedzame gedachten, zijt ge meer waardig dan een onzer."
"Ik ben niet zulk een rampzalig schepsel geboren, als gij mij thans ziet, eerwaarde vader," zei zij. "Ik was vrij, gelukkig, geëerd; ik beminde, en werd weder bemind. Ik ben nu een slavin, ellendig en ontaard, de speelbal der driften mijner meesters, toen ik nog schoonheid bezat, het voorwerp hunner verachting en van hun smaad en haat, sedert mijne bekoorlijkheden verdwenen zijn.
Zie overigens over Liefde en Haat jegens dengene die een wezen dat wij als ons gelijkend beschouwen goed of kwaad deed, de Opmerking bij Stelling XXII van dit Deel. Stelling XXVIII.
De man scheen dit met zoo'n vreeselijken haat te zeggen, dat Oliver van angst wakker werd en opsprong. God! wat was dat, dat het bloed naar zijn hart terugdreef en hem buiten staat deed zijn te schreeuwen of zich te verroeren?
Gevolg I: Nijd, Spotzucht, Minachting, Toorn, Wraakzucht en de overige aandoeningen, welke als soorten van Haat te beschouwen zijn of uit Haat ontspringen, zijn slecht; hetgeen eveneens blijkt uit Stelling XXXIX van Deel III en uit Stelling XXXVII van dit Deel. Gevolg II: Al wat wij begeeren omdat wij Haat koesteren, is schandelijk en geldt in den Staat voor onrechtmatig. XXXVII v.d. St. XLI v.d.
Ze voelde haat noch liefde voor hem. Maar er was een stem in haar hart, die haar waarschuwde zich niet weer in zijn macht te laten komen. En behalve dat wilde zij haar woord aan Gösta houden. Was hij maar in slaap gevallen of onrustig geworden of had hij maar eenig teeken van twijfel gegeven, of was hij maar met de slee in de schaduw gereden. Maar hij was louter geduld en zóó zeker van zijn zaak.
Het ontwaken uit dien gouden droom was verschrikkelijk. Griekenland verloor op één dag ruim twintig millioen gulden, bijna de gansche fortuin van dit arme kleine land. Geen wonder dat zij, op wie de verantwoordelijkheid voor deze ramp nederkwam, de voorwerpen werden van den algemeenen haat.
De kapitein groette mij; ik bleef met mijne gedachten alléén; ik dacht slechts aan den kapitein van de Nautilus. Zou ik ooit te weten komen tot welke natie deze vreemdsoortige man behoorde, die er zich op beroemde tot geene te behooren? Wie had dien haat bij hem opgewekt, welken hij aan de menschheid gezworen had, en die hem misschien op vreeslijke wraak bedacht deed zijn?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek