Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 oktober 2025


"Zacht wat!" zeide de cipier; "wat wil dat gedruisch?" "Die schurk wilde den Prins vermoorden," herhaalde Joan. "Kom! zotteklap!" hernam de cipier: "ga maar weder naar uw kooi en slaap uw roes uit, opdat gij morgen verstandig moogt antwoorden, wanneer gij verhoord wordt." "Maar ik verzeker u, dat die guit...."

De dikke herbergier was een guit van een kerel, en nu hij den edelen ridder daar zoo hoorde doordraven, begreep hij terstond, dat het bij dezen in de bovenverdieping niet recht pluis moest wezen.

Maar, m'nheer, waarom mag men u geen haarlemmer-schipper noemen? Precies, zoo kom je-n-op 't ware punt van de zaak. Wel, jongeheer, hy zei maar 't is 'n guit, dat zal je zien "vader, zeid-i, zoodra je Halfweg gepasseerd bent, word je Amsterdammer-schipper." 't Is waar ook, zei ik, en ik had er nooit aan gedacht. Zoo zieje wel dat zoo'n jongen me de baas is.

Moet hij, als de boomen, niet eerst zijne hulsels afwerpen, alvorens zich te kunnen tooien met zijne bladeren, die, voor den boom des volks, de eer en de deugd zijn? 't Is een kleine guit, ik weet het, maar zijne slimheid zal hem later te goede keeren, als hij ze tot een of ander goed ambacht aanwendt, in stee van ze tot kwade parten te gebruiken.

De Goede. Volgt den naam dan van uw Excelentie? WOUTER. Om u te dienen, Heer. Men moet aan my ’t afgront Voldoen. JERONIMO. De Goede. Nooit Exploot ik zo getekent vond. Myn Heer de Goede. WOUTER. Heer. JERONIMO. Gy zyt een guit der guiten. WOUTER. Ik ben een eerlyk man, sluit vry die naam daar buiten. JERONIMO. Gy zyt de grootste schelm die ik in Frankryk ken.

Hij komt hier nog beter vandaan dan uit 't slaapvertrek van de dame. Hoor eens naar de streken van den guit. Balbinus vroeg hem nergens naar, maar zijn strak gezicht toonde genoegzaam aan, dat hij wist wat er onder de menschen werd verteld. De ander wist dat Balbinus een vroom man was, in sommige opzichten zelfs bijgeloovig.

Min bloode Dan noode Ging 't vrijsterken meê; Te waken, Te laken, Voedt vriendschap noch vreê, En Govert, Betooverd Door Elze zijn lief, De borst gaf den drommel van haar: "houd den dief!" Hoe prachte, Hoe lachte Die olijke guit, Bij 't winden En 't binden 't Wijs zusterken uit! Zij gromde, Zij bromde Om 't schalke gezeur, Bij 't kitt'len der voetjens voor dooven mans deur.

Boven dat, had hy, als dol van spyt, ’t Proces verscheurt, zo ik ’t daar voor niet had bevrijd. Kom fynman, dat gaat wel, ’k zal nu geen woord meer spreken. Doe jy je best maar. JERONIMO. Schelm. WOUTER. Za, laat’et noch niet steeken, Kom noch wat slagen, dan zal ’t wel zyn. JERONIMO. ’K zal schavuit, Haast weeten, of gy ook een Exploteur zyt, guit! WOUTER zich in postuur zettende om te schryven.

Hier is pastoor natuurlijk niet den titel van een R.K. geestelijke, wat wij er alleen onder verstaan, maar een geestelijk herder in 't algemeen. lekker = 'n stoute jongen, 'n guit. Mijn Engel. mijn lieve. ik aanbid u. lieve ziel van mijn leven. Onze teedere liefde goedkeuren. verheven. In waarheid, mijne vriendin. mijne verdiensten. zooals 't behoort. verovering.

Zij kwamen ieder hun sinas-appel met wijn en suiker binnen eten; mevrouw Van Erlevoort nam Nico naast zich, bereidde zorgvuldig zijn dessert en de blonde guit was weldra bezig, met van sap druipende lipjes, de gesneden stukjes af te zuigen, nu en dan toeterend op zijn trompet.

Woord Van De Dag

palaemon

Anderen Op Zoek