Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 juli 2025


Als één mensch alleen ben ik machteloos, maar als de jonge garde zich vereenigde, zouden wij met vereende krachten iets goeds tot stand kunnen brengen. Wij gloeien van geestdrift, wanneer wij knap geschreven artikelen van onze landgenooten lezen. Hoe zullen wij ons toch met hen in verbinding kunnen stellen? Nu is 't bijna een volstrekte onmogelijkheid. Men zou ons dadelijk verdacht maken.

Gevleugeld trekt de wolkenschaduw heen; De vlakte ontwaakt en wiegt zich op en neder; De lichte hoogten buigen om en om, De donkre diepten golven. Dartel stoeien De windtjens met de bloemen, die alom Als uitgestrooide zonnevonken gloeien; En roerloos zeilt de valk der woestenij Hoog in de lucht op breede wiek voorbij.

Toen zij het waagde een beschroomd bewonderenden blik te werpen op den dichter, wiens regelen deden denken aan een wezen, gevoed met hemelsch vuur, dauw en ambrozijn, zag zij hem, o bittere ontgoocheling! de verschillende gerechten verslinden met een gretigheid en haast, die zijn intellectuëele wangen deden gloeien.

"Het schoonst geluk, dat gij mij ooit kunt geven Zal wezen als eenmaal een nieuw gelaat, Uit u en mij geboren bloeien gaat, Maar toch het meest heeft van uw stralend leven; En, zooals naar het gouden pracht-cieraad Een kleiner wordt in fijner goud gedreven, Zal 't flonkrend blond zijn voorhoofd-blank omgeven Als 't graan, dat in de zon te gloeien staat."

"Hoe nu!" zeide Arkel, terwijl hij verbaasd staan bleef: "de wangen van onze lieve zieke gloeien, alsof zij van nieuw af de koorts had gekregen! En het oog van Juffer Mechtelt flikkert als een nachtlamp die uitgaat! Heeft hier een twist plaats gehad? Ik wil niet hopen, Freule, dat deze vrouw zich onbetamelijk tegen u gedragen heeft.

Dokter Helmond zit in zijn afgelegen vertrekje bij de kleine kachel. Achter hem brandt een bougie op de tafel. Helmonds gelaat, 't welk met een donkerrood is overdekt, valt daardoor weinig te zien. Zijn handen gloeien. Zijn geheele lichaam brandt. Zijn oogen schitteren van koortsvuur. O God men komt! "Wie is daar....!?"

Slechts een deel Gaârt ooft en lafenis langs 't groenend veldtooneel, En wisselt telkens af, om op zijn beurt te rusten. Maar welk een sappig ooft kan Segols hart gelusten, Zijn smaaktuig streelen? Ach! gespleten van de dorst, Verhardt gehemelt', tong, by 't gloeien van de borst. Doch 't is geen boomvrucht, 't zijn geen ruime waterteugen Die 't koelen, die den brand zijns boezems dempen meugen.

Dat is dan ook de groote attractie, het nieuwe en wonderbare. Het is dan ook aardig gedaan; de illusie is volkomen. Men schuift het zwarte gordijn even op zij en treedt de onbekende duisternis in; in de verte gloeien kleine lichtjes tegen den van kristallen glinsterenden rotswand; bij hun zwak schijnsel ziet men op den bodem de vage evenwijdige lijnen van de rails.

Zij keken mij allen een beetje verwonderd aan en de Groote Dichter zei spottend: Hohóó! En zijn er knappe meisjes onder? Ik kreeg een kleur als vuur. Ik voelde 't bloed onder mijn wangen gloeien en stond daar even radeloos, zonder te kunnen antwoorden. Doch wat ik ook al zeggen wou, 't bleek overbodig, zij hadden mijn geheim op mijn benauwd gezicht gelezen en vierden er de dolste pret om.

De stokslagen spaarden zelfs de zieken niet, die met koorden gekneveld, bewegingloos op het zevende voertuig lagen, en welke men daar als met ellende gevulde zakken, scheen neergeworpen te hebben. Eensklaps kwam de zon te voorschijn; de krachtige morgenstraal schoot uit en 't was, alsof hij al deze woeste hoofden deed gloeien; er brak een brand van vreeselijk gelach, gevloek en gezang uit.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek